Groot is eerst-verantwoordelijke voor een advies van de Raad voor Volksgezondheid & Zorg (RVZ) over steunaanvragen dat in mei verschijnt. In Economische Statistische Berichten stelt hij dat de manier waarop steun wordt verleend aan zorginstellingen is verouderd. “Grotere vrijheid van handelen moet gepaard gaan met meer verantwoordelijkheid, aansprakelijkheid en risico-dragendheid voor betrokkenen. Nog te vaak proberen zorgaanbieders en verzekeraars de rekening bij de overheid te leggen.” Tegenover Zorgvisie verklaart Groot dat veel duidelijker moet worden wanneer instellingen recht hebben op steun.
Continuïteit van zorg
Groot is kritisch over de rol van de politiek bij twee recente steunaanvragen. Hij vindt de steun aan IJsselmeerziekenhuizen, “het slechtste ziekenhuis van Nederland”, onverstandig. “De overheid moet zich niet richten op het instandhouden van instellingen, maar op de continuïteit van zorg. Bij de IJsselmeerziekenhuizen ging het maar om een beperkt aantal functies waarbij de continuïteit in het geding was.”
Stichtingen oprichten
Bij Meavita is er sprake van ongewenste vermenging van rollen, vindt Groot. De overheid is op de stoel van de zorgaanbieder gaan zitten door stichtingen op te richten die de zorg van de failliete Meavita-onderdelen overnamen. Andere instellingen die daarin interesse hadden, zijn daarbij gepasseerd. Vervolgens kloppen de door de overheid geleide stichtingen bij de overheid aan de deur voor steun. “De overheid bevoordeelt zijn eigen stichtingen”, aldus Groot.
Markt verstoren
Driekwart van de zorgbestuurders vindt dat instellingen failliet moeten kunnen gaan, blijkt uit een enquête van het tijdschrift Skipr. Ze vinden dat overheidssteun de markt verstoort. (Zorgvisie – Bart Kiers)
Lees ook:
Nieuwe stichtingen Meavita vragen staatssteun
Risicocompensatie is mogelijk staatssteun
Klink: Geen overheidssteun voor slechte ziekenhuizen
Amsterdam Thuiszorg vraagt steun van NZa