Leiderschap doet ertoe, constateren de onderzoekers van het NIVEL, de Universiteit Twente en EMGO instituut in het wetenschappelijke tijdschrift Health Policy. Medisch specialisten die merken dat de raad van bestuur kwaliteitsverbetering werkelijk stimuleert, maken daar meer werk van. Ook de houding van collega’s is daarbij van belang.
Leiderschap moet blijken
De onderzoekers ondervroegen 286 medisch specialisten in acht ziekenhuizen die deelnamen aan het landelijke kwaliteitsprogramma Sneller Beter. Ze vroegen aan hoeveel kwaliteitsprojecten de artsen deelnamen, hoe helder de visie van de raad van bestuur op kwaliteit is en hoe hun collega’s aankijken tegen de rol van het bestuur. “Iedereen roept natuurlijk dat leiderschap ertoe doet, maar het is mooi dat we dat nu kunnen onderbouwen”, zegt Cordula Wagner, programmaleider Kwaliteit en organisatie bij het NIVEL. “Op het moment dat leiderschap echt als zodanig wordt ervaren, heeft dat effect. Dat is natuurlijk wel het punt: het moet wel overkomen. Het is niet genoeg als de bestuurder een keer per jaar op een bijeenkomst zegt dat kwaliteit belangrijk is, en vervolgens alleen praat over productie. Dus: steek er energie in, zodat mensen écht merken dat je het belangrijk vindt.”
Kwaliteitsprojecten
Maar zijn er dan ook artsen die antwoorden dat hun bestuurder weinig belang lijkt te hechten aan kwaliteit? “Ja, en die doen dan zelf ook weinig aan kwaliteitsprojecten. Dat effect wordt nog versterkt als collega’s ook denken dat het bestuur kwaliteit niet zo belangrijk vindt. Andersom: als de hele groep juist positief is over de houding van het bestuur, werkt dat aanstekelijk.” (Zorgvisie – Krista Kroon)
Lees ook: