Artikel bewaren

U heeft een account nodig om artikelen in uw profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties21

Sterftecijfers ongeldig omdat ziekenhuisinformatie rammelt

Carina van Aartsen is redacteur bij Zorgvisie, Skipr en Qruxx. Ze schrijft over alle sectoren van de zorg, maar vooral over de ouderenzorg en eerste lijn. Omdat daar nu de grootste uitdagingen liggen: voor de zorg zelf maar ook voor de samenleving. Als aandachtsgebieden heeft zij de thema´s: governance, zorgverzekeraars en financiën.
De nieuwe, gestandaardiseerde, sterftecijfers in Nederlandse ziekenhuizen zeggen niets over de werkelijke sterfte omdat de gegevens waarop de cijfers zijn gebaseerd, onbetrouwbaar zijn. Dat bleek gisteren tijdens de bekendmaking van deze HSMR-cijfers door de verenigingen van ziekenhuizen en academische ziekenhuizen: NVZ en NFU.
Sterftecijfers ongeldig omdat ziekenhuisinformatie rammelt

Geen kwaliteitsinformatie

Sprekers Cor Kalkman en Wim van Harten benadrukten meerdere malen dat de gepresenteerde cijfers uit 2010 alleen iets zeggen over de wijze van registreren door ziekenhuizen en een ‘indicator’ zijn voor interne analyses. De overall sterftecijfers zijn geen maat voor de kwaliteit van zorg en vormen ook geen indicatie voor vermijdbare sterfte. De reden waarom NVZ en NFU nu onbetrouwbare cijfers presenteren waar het publiek en andere externe partijen niets aan hebben, is omdat zij dat nu eenmaal hebben beloofd aan VWS en de Inspectie voor de Gezondheidszorg.

Slechte basisinformatie

Kalkman, anesthesioloog in het UMC Utrecht, noemt het schokkend dat een derde van de ziekenhuizen zulke slechte data aanleverde dat het CBS er niet eens een cijfer uit kon berekenen. Bijvoorbeeld omdat er veel te veel vage diagnoses zijn genoteerd en de gegevens niet uniform zijn. In deze groep zitten opvallend veel grote ziekenhuizen. Een oorzaak hiervan is dat de Landelijke Medische Registratie, de centrale databank die als basis is gebruikt voor de sterftecijfers, aan alle kanten rammelt. De LMR is nooit opgezet met het doel hieruit HSMR’s te destilleren en sommige ziekenhuizen zijn al jaren geleden gestopt met het aanleveren van gegevens. Opnieuw beginnen, kost een ziekenhuis al gauw zes nieuwe medewerkers. Bovendien is het aanleveren van deze gegevens niet wettelijk verplicht. Van Harten hoopt dat de gepresenteerde cijfers ziekenhuizen stimuleren om er weer mee te beginnen. Kalkman vindt dat het aanleveren van data om onderling vergelijkbare sterftecijfers te kunnen berekenen, zo snel mogelijk verplicht moet worden gesteld: “Een raad van bestuur kan er druk achter zetten en de medisch specialisten aanzetten tot het leveren van juiste informatie, zoals een goede ontslagbrief.” Kalkman denkt dat medisch specialisten er zelf ook uiteindelijk bij zijn gebaat om transparant te zijn. Een eerlijke vergelijking is uiteindelijk wat iedereen wil, vermoedt hij. Om daaraan direct toe te voegen: “Maar ik ben een rasoptimist..”

Goede hoop

Het is de bedoeling dat de Inspectie voor de Gezondheidszorg nu met ziekenhuizen gaat praten die hoog scoren op het gestandaardiseerde sterftecijfer. Maar de gegevens zijn zo onbetrouwbaar dat een hoog sterftecijfer waarschijnlijk meer zegt over de kwaliteit van de aangeleverde data dan over de werkelijke sterfte in dat ziekenhuis. Van Harten en Kalkman willen niet direct zeggen dat zij hun tijd beter hadden kunnen besteden dan aan deze HSMR-cijfers, maar zegt Van Harten: “Het voelt wel een beetje zo.” Toch is er op dit moment geen beter alternatief, en daarom gaan de ziekenhuizen door met de HSMR in de hoop dat de registratie verbetert. Tot dan, moeten patiënten en anderen die iets over de kwaliteit van een ziekenhuis willen weten, zich ook tot andere bronnen wenden. Kalkman: “Ik zou nooit mijn keuze laten bepalen door de HSMR. Je moet het zien in vergelijking met een hoge score op de ranglijsten van bijvoorbeeld het AD en Elsevier. En de druk van ‘peer pressure’, de beoordeling door collega-specialisten, dat zegt ook veel.” (Zorgvisie-Carina van Aartsen)

Lees meer:

´Meetfouten veroorzaken verschillen in sterftecijfers´

VVD wil vergelijkbare sterftecijfers online

Ruwe sterftecijfers doen ziekenhuizen weinig

21 REACTIES

  1. Dorien slaat de spijker op z’n kop. Al die plotselinge kwaliteitsaandacht van verzekeraars maakt dat de hele zorg een slechte naam heeft gekregen wat betreft betrouwbaarheid. En dat allemaal omdat die verzekeraars hebben afgesproken in de media niet meer met hun premies te marketen maar het hun “hoog gekwalificeerde zorgverlerners”. Dus alle zorgverleners ondergesneeuwd met regeltjes om hun kwaliteit te bewijzen en minder tijd voor de patient. En die laatste is de enige die een geldig oordeel kan geven over zijn zorgervaring. Kwaliteit breng je in door goede opleiding en het zorgen dat de zorgverleners hun werk met plezier en trots doen. Die sterftecijfers worden gemanipuleerd: na een beroerte en IC opname worden de niet-meer-te-redden gevallen snel naar huis gestuurd om daar te sterven. De IGZ zou de kwaliteitsbewaker moeten zijn maar ontbeert de mankracht. De klachtenstroom is een betrouwbare datastroom als die eerst naar een onafhankelijke instantie gaat en van daaruit naar de zorgverlener. De verhouding zorgverrichtingen/klachten geeft dan een betrouwbare kwaliteitsbeoordeling.

  2. Lees alle reacties
  3. @ Piet Hein. Als je nog eens leest dan zie je dat ik schrijf dat de ziekenhuizen die hun gegevens niet openbaar maken relatief veel sterfte hebben. Dat blijkt ook uit de lijst met ruwe sterftecijfers die wel compleet zijn. Verder stel ik dat elk kwaliteitssysteem monitoring en dus een goede medische administratie nodig heeft. Ziekenhuizen die de sterfte willen minimaliseren zijn al tien jaar bezig met de HSMR om onnodige sterfte op te sporen en hun zorg daarop aan te passen. Kiwa/Prismant en De Praktijkindex verdienen al bijna 10 jaar geld aan het ondersteunen van ziekenhuizen bij het verbeteren van de kwaliteit op basis van deze data. De daaropvolgende verbeteringen van zorg zijn voor alle betrokkenen tastbaar. Helaas zijn er echter veel ziekenhuizen (mn de academische) die eenvoudigweg niet geinteresseerd zijn. Dat is een schande. Die ziekenhuizen kunnen beter worden gemeden. Kortom administratieve kwaliteit (van de medische administratie) en openheid hebben alles met kwaliteit te maken.

  4. @ Piet Hein. Als je nog eens leest dan zie je dat ik schrijf dat de ziekenhuizen die hun gegevens niet openbaar maken relatief veel sterfte hebben. Dat blijkt ook uit de lijst met ruwe sterftecijfers die wel compleet zijn. Verder stel ik dat elk kwaliteitssysteem monitoring en dus een goede medische administratie nodig heeft. Ziekenhuizen die de sterfte willen minimaliseren zijn al tien jaar bezig met de HSMR om onnodige sterfte op te sporen en hun zorg daarop aan te passen. Kiwa/Prismant en De Praktijkindex verdienen al bijna 10 jaar geld aan het ondersteunen van ziekenhuizen bij het verbeteren van de kwaliteit op basis van deze data. De daaropvolgende verbeteringen van zorg zijn voor alle betrokkenen tastbaar. Helaas zijn er echter veel ziekenhuizen (mn de academische) die eenvoudigweg niet geinteresseerd zijn. Dat is een schande. Die ziekenhuizen kunnen beter worden gemeden.

  5. @Piet-Hein: de grootte van een palliatieve afdeling is niet zo relevent, de sterftecijfers zijn voor dit soort zaken gecorrigeerd. Het gaat om het aantal overledenen ten opzichte van het statistisch te verwachten aantal overledenen (gebaseerd op leeftijd, overige aandoeningen, etc.).

  6. Lijk- `t mij heerlijk als je als NVVE-lid het gelukkige lot of bewuste keuze, al dan niet van de erfenisgeile familie , treft van een ziekenhuis met de grootste , al dan niet bedoelde, mortaliteit . Dehydratie in verpleeghuizen duurt af en toe nog best lang !!

  7. chokkende kwaliteit in ziekenhuizen. Ruim 30% van de ziekenhuizen heeft problemen en hierdoor overlijden vermijdbaar veel patiënten. Ze weigeren de betrouwbare informatie aan de burgers te geven zodat deze zelf een keuze kan maken. Deze gedragingen zijn misdadig en dienen strafrechterlijk vervolgt te worden door het OM! Maar het zijn meer dan die 30% van die ziekenhuizen die deze problemen hebben. Ik denk persoonlijk dat eerder 50% aan de orde komt. Dan spreken we over zeker 50 ziekenhuizen waar je niet behandeld wilt worden als patient omdat de kans dat je overlijd groter is dan je er beter uitkomt. Dan hebben we het niet over andere medische schade! Dit wordt al jaren bedekt gehouden opzettelijk en ook door de zogenaamde patientenorganisaties zoals Npcf en zorgbelangen die dit heel goed weten en geld krijgen om te zwijgen!

  8. De resultaten zijn heel goed bruikbaar als keuzeinformatie. Immers, ziekenhuizen die slecht presteren kiezen ervoor om hun gegevens niet openbaar te maken. Dus die ziekenhuizen moet je niet hebben. Daarnaast zijn er nog ziekenhuizen waarbij de administratie en dus hun kwaliteitsmonitoringsysteem werkelijk een rommeltje zijn. Het lijkt mij duidelijk dat die ziekenhuizen niet tot de betere behoren.

  9. Elke keer als ik Wim van Harten tegenkom lijkt hij de rem te willen zetten op het vergelijkbaar maken van ziekenhuisprestaties. Waarom pakt hij niet de internationale best practices (daar is hij normaal ook zo goed in) en stimuleert hij de Nederlandse ziekenhuizen dat voorbeeld te volgen. En als ze niet willen, dan wordt het tijd om te bedenken hoe ze moeten.

  10. deze cijfers zeggen me niks. Als je een grote palliatieve unit hebt zullen je cijfers enorm hoog liggen, mensen maken mekaar gek met dit soort kengetallen. Er is niet aan te wijzen welk ziekenhuis wel of niet goed is. Er is maar één parameter: wat vinden de cliënten.

  11. de vraag is wat we eigenlijk willen bereiken met de publicatie van die sterftecijfers. ik ben bang dat de nadruk op cijfers voortkomt uit een gevoel van onmacht om de werkelijke kwaliteit van werk dat zorgaanbieders verrichten beleidsmatig te kunnen beoordelen. op alle terreinen zoeken beleidmakers in dat verband met een soort wanhoop naar houvast in cijfers, hoewel vaak onduidelijk is hoe die een maatstaf zijn voor de werkelijke kwaliteit. in de zorg komt daar nog bij, dat kwaliteit voor de eindconsumenten, de patiënten (en voor hun naasten) heel andere aspecten heeft dan in cijfers te vangen zijn. die kwaliteit verdwijnt door de nadruk op meetbaarheid niet alleen uit beeld, maar helaas vaak ook uit de praktijk, juist omdat ze niet meetbaar is en dus niet op geld kan worden herleid. in een notedop is dat het kernvraagstuk van het zorgbeleid.

  12. Zou het niet verstandig zijn de 2 bovenstaande benaderingen te verenigen? Druk uitoefenen vanuit strategische kaders (dus volledig en aantoonbaar commitment MS!) aan de ene kant, en betrokken professionals faciliteren (ondersteuning stafdiensten enz.) aan de andere kant? Kwaliteitsverbetering = gedragsbeïnvloeding. HSMR als doel op zich heeft dus weinig kans van slagen.

  13. Wat een onzin. Sinds wanneer is registreren een kerntaak van ziekenhuizen. Als ik directeur was zou ik zo weinig mogelijk registeren en mijn personeel vertrouwen dat ze hun werk doen. En ja, dan krijg je goede kwaliteit en dus ben je aantrekkelijk voor “zware gevallen” en gaat je sterftecijfer omhoog.
    Je moet eens kijken hoe snel de administratie op orde komt als deze wordt ingericht voor een zorgprocesmatig doel, incl patiententransparatie. Al die verplichtingen van buiten werken dat alleen maar tegen.

Geef uw reactie

Om te kunnen reageren moet u ingelogd zijn. Heeft u nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.