Kwamen de beleggingen tot 2014 nooit boven de 100 miljoen euro uit, in 2015 hebben commerciële partijen bijna 350 miljoen euro in zorgvastgoed gestoken. En alleen al in het eerste halfjaar van 2016 241 miljoen euro. Dat blijkt uit cijfers die vastgoedadviseur CBRE woensdag publiceert in het FD. En de verwachting is dat die stijgende lijn de komende jaren verder doorzet.
Aantrekkelijk
Door de vergrijzing en veranderingen in het zorgstelsel is het voor commerciële partijen aantrekkelijker geworden om in zorgvastgoed te beleggen. Voorheen was dat het domein van corporaties en zorgverleners. Tot 2012 hadden zorginstellingen nauwelijks omkijken naar hun vastgoed: de huisvestingskosten vergoedde de overheid toch wel. Maar nu krijgen zorgverleners betaald per cliënt of per behandeling en zijn ze dus zelf verantwoordelijk voor een rendabele invulling van hun vastgoed – en voor de bijbehorende risico’s. ‘Dat risico zijn ze gaan verleggen naar beleggers’, zegt Jeroen Hermus, bij CBRE verantwoordelijk voor zorgvastgoed, in de krant.
Rendement
Doordat zorgvastgoed nog zo’n nieuw terrein is voor commerciële beleggers, is het moeilijker om de risico’s en rendementen vooraf in te schatten. De eerste cijfers laten zien dat het aanvangsrendement (de huur in het eerste jaar, gedeeld door de aankoopprijs) van zorgvastgoed sterk kan verschillen. Dat ligt tussen de 5 en 8 procent, terwijl het elders op de vastgoedmarkt, zoals bij kwaliteitswinkels, kantoren en woningen minder dan 5 procent is.
Concurrentie
Die aanvangsrendementen van zorgvastgoed beginnen door de toenemende concurrentie wel te dalen. ‘Veel buitenlandse partijen maken hun entree op de markt. Die spelen de wedstrijd vaak scherper, omdat ze in omringende landen al veel ervaring hebben opgedaan’, zegt Joost de Baaij van Syntrus Achmea Real Estate & Finance, dat veel in zorgpanden belegt. ‘Bijvoorbeeld in Frankrijk, Duitsland en België is zorgvastgoed allang een volwassen beleggingscategorie.’ Daar horen ook hogere prijzen bij.
Dossier Scheiden wonen en zorg
Het beleid om het wonen en de zorg in de care te scheiden, vormt al jaren een hoofdpijndossier voor zorgbestuurders. Hoe houden zij de verzorgingshuizen open zonder de huisvestingvergoeding?