Het UMCU stond sinds vorige maand op de lijst om gesloten te worden, samen met de centra Nijmegen en Amsterdam. Klink informeerde de Kamer toen dat het Erasmus MC, het LUMC en het UMCG de enige centra in Nederland waren die een vergunning voor twee jaar kregen voor het uitvoeren van cardiologische ingrepen bij patiënten met een aangeboren hartafwijking. De gedachte achter het verminderen van het aantal centra was dat het concentreren van deze zorgverlening de kwaliteit beter zou borgen.

Dichter bij kwaliteitseisen

Door verschillende veranderingen komt het UMCU echter dichter bij de kwaliteitseisen die gesteld zijn door de Commissie kinderhartinterventies en krijgt ook dit centrum een voorlopige vergunning voor twee jaar, aldus het ministerie van Volksgezondheid. Zo heeft het UMC St. Radboud alle activiteiten op het gebied van aangeboren hartafwijkingen overgeheveld naar het UMCU. Daarbij worden ook de specialisten van het UMC St. Radboud betrokken en krijgt het UMCU meer volwassen patiënten met een aangeboren hartafwijking, omdat omringende ziekenhuizen deze behandelingen niet meer uit mogen voeren.

Slechts ruimte voor drie centra

Uiteindelijk zullen er in 2011 echter drie van de vier centra overblijven. De commissie kinderhartinterventies berekende eerder dat er in Nederland ruimte is voor drie centra die cardiologische ingrepen bij patiënten met een aangeboren hartafwijking uitvoeren. De minister zal in 2011 bekijken welke drie centra structureel een vergunning moeten krijgen en welke geschrapt moet worden. Dat bepaalt hij aan de hand van de kwaliteitscriteria en prestatiegegevens van de vier centra die nu een tijdelijke vergunning hebben, schrijft het ministerie van Volksgezondheid op haar website. (Zorgvisie – Jeroen van Renesse)

Lees ook:

– Drie centra kinderhartchirurgie moeten sluiten

– Kinderhartcentra Nijmegen en Utrecht fuseren

– IGZ: ‘Geen hoger risico kinderhartcentrum UMC’