Artikel bewaren

U heeft een account nodig om artikelen in uw profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Kloof tussen informatiebehoefte en aanwezige data

Marc Bloemendaal
Bijna niemand realiseert zich dat een goede software-architectuur van essentieel belang is om echt goede zorg te kunnen leveren.
Kloof tussen informatiebehoefte en aanwezige data
Foto: iStock

Goede software-architectuur helpt niet alleen om kosten te besparen en efficiënter te werken. Het is ook nodig omdat de zorg de komende jaren een alsmaar groeiende hoeveelheid patiëntendata te verwerken krijgt. Hoe gaan de zorginstellingen daarmee om? Is er al een fit tussen de informatiebehoefte en de aanwezige medische data? Bepaalt de behoefte van de gebruiker, een zorgprofessional of een patiënt nu duidelijk de inrichting van de architectuur, applicaties en interfaces? Allemaal vragen waar we met ons onderzoek tijdens de beurs Zorg & ICT 2015 antwoord op hebben proberen te krijgen. We vroegen ruim 200 medewerkers die actief bezig zijn met patiëntenzorg en ruim 100 ICT’ers naar hun ervaringen.

Explosie van medische apps en data

Wat opvalt is de hoeveelheid apparatuur die medische gegevens verzamelt. In de care-sector heeft 46 procent van de zorginstellingen te maken met vijftig of meer apparaten die data opslaan. In de cure-sector is dat zelfs 83 procent. Het gaat niet alleen om apparatuur in de zorginstellingen zelf, maar ook om medische wearables, tools en apps die mensen thuis gebruiken om bijvoorbeeld hun hartslag, suiker- of bloedwaarden te meten. Onze verwachting is dat dit de komende jaren alleen maar verder zal toenemen.

Toename in informatiedruk

Bovenstaande betekent een toename in informatiedruk. Wat gebeurt er met die data? Zijn zorginstellingen anno 2015 in staat om al die data te koppelen aan het epd? Zijn ze gebruikersvriendelijk beschikbaar voor professionals en  patiënten en afgestemd op hun behoeften? Wat betreft de koppelingen met het epd is er nog een wereld te winnen. 51 procent van de respondenten uit de care moet gegevens van medische apparatuur nog handmatig overzetten in het patiëntdossier. In de cure geeft 67 procent van de respondenten aan wel een automatische ‘export’ te kunnen doen, maar ook daar is de data niet realtime beschikbaar. In slechts 8 procent van de zorginstellingen is een koppeling gemaakt waarmee in een dashboard de realtime data van verschillende apparatuur per patiënt ingezien kunnen worden. Helaas is het nog nergens mogelijk voor externen – zoals andere zorginstellingen – om toegang te krijgen tot deze informatie, laat staan voor patiënten. Hier zit veel verbeterpotentieel.

Realtime rapportages en analyses

Al die verzamelde data krijgen pas echt waarde als de zorgspecialist de gegevens kan analyseren. Uit ons onderzoek blijkt dat slechts 16 procent van de respondenten die mogelijkheid daadwerkelijk heeft. Voor meer dan de helft geldt dat ze alleen statische rapporten kunnen bekijken in het epd of achterliggende functionele applicaties. Aan de andere kant geeft ruim 80 procent van de respondenten aan dat zelf analyses uitvoeren van grote waarde zou kunnen zijn. Initiatieven als mPower (Mobile Parkison Disease study) benutten de mogelijkheden van moderne technologie en positioneren patiënten niet alleen als patiënt maar ook als onderzoeker.

Online samenwerken en patiëntinformatie uitwisselen

En hoe zit het met samenwerken? Kunnen collega’s in Nederlandse zorginstellingen eenvoudig digitale patiëntdata uitwisselen? We zien dat van de grote zorginstellingen (500 medewerkers of meer) ruim 20 procent die mogelijkheid nog niet heeft. Bij de kleinere organisaties (tot 500 medewerkers) kan bijna 40 procent niet online samenwerken. Online samenwerking wordt verder bemoeilijkt doordat patiëntdata niet mobiel beschikbaar zijn. 26 procent van de respondenten in de cure en 30 procent in de care worstelt daarmee. Door het uitblijven van de juiste middelen voor professionals, maken veel medici gebruik van de platformen die privé populair zijn. Whatsapp en Skype komen op die manier door de achterdeur binnen. Herbezinning van richtlijnen, normeringen en architectuurprincipes is naar mijn mening op dit punt nodig.

Grote invloed op informatie-uitwisseling

Zorginstellingen staan voor de uitdaging zorgvuldig om te gaan met de alsmaar toenemende hoeveelheid medische data. Opvallend is dat de leveranciers van epd-pakketten en medische apparatuur daar flinke invloed op hebben. Sterker nog, ze lijken de broodnodige ontwikkelingen tegen te houden. Leveranciers bieden software aan die niet open is – vaak met argumenten over veiligheid en privacy – waardoor real-time koppelingen en inzichten eenvoudigweg onmogelijk worden gemaakt. Dat maakt goede zorgverlening ook een stuk lastiger.

Toegang tot het medisch dossier

Nog steeds is het voor patiënten niet of nauwelijks mogelijk om online toegang te krijgen tot hun eigen totale medische dossier. Epd-leveranciers zijn bezig met patiëntportalen, maar die initiatieven zijn veelal gekoppeld aan individuele zorginstellingen en conform hun eigen specificaties. Het koppelen van gegevens uit eigen medisch apparatuur of van andere instellingen staat nog verder weg, terwijl dat wel de wens van de patiënt, behandelaar en onderzoeker is.

Het aantal initiatieven dat dit onderschrijft neemt wel toe. Zo is Philips in samenwerking met het Radboud bezig met de ontwikkeling van een patiëntgericht cloudplatform, bedoeld voor de patiënt. Een platform waarin hij zijn persoonlijke gezondheidsdossier kan inzien en dat tegelijkertijd door ander partijen kan worden gebruikt om te raadplegen of informatie toe te voegen. Natuurlijk veilig en alleen met goedkeuring van de patiënt. Ook het NHS in Engeland is bezig patiënten toegang te verlenen. In Nederland zien we lokale initiatieven zoals de Whitebox.

De deur moet open

Welke software-architectuur in Nederland of internationaal een hoofdrol gaat spelen, is lastig te voorspellen. Maar de belangrijkste katalysatoren zijn de zorginstellingen zelf: zij dienen de informatiedeuren open te zetten en hun leveranciersbeleid hierop aan te passen. Er valt veel winst te behalen en er zijn legio kansen. Juist de keuzes die inspelen op bestaande en toekomstige informatiebehoeften zijn cruciaal. Open systemen en architecturen zijn daarbij van essentieel belang. Zij bieden de mogelijkheid informatie op maat aan te bieden, zowel aan patiënt, zorgverlener als onderzoeker, waardoor zowel de zorg als de processen eromheen, fundamenteel veranderen.

Marc Bloemendaal, directeur bij Finalist

Geef uw reactie

Om te kunnen reageren moet u ingelogd zijn. Heeft u nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.