Vanaf 1 januari 2012 start het ministerie van VWS met de overgang naar een systeem waarbij zorginstellingen een vergoeding krijgen voor vastgoed die afhankelijk is van hun productie. Dat gebeurt door de introductie van de normatieve huisvestingscomponent (NHC), een vaste vergoeding voor de kosten van bouwen, grond, onderhoud en aflossing van rente.
Overgangsregime tot 2018
Nu krijgen AWBZ-zorginstellingen de vastgoedkosten nog volledig vergoed van de overheid. In het overgangsregime, dat zes jaar duurt, krijgen ze een steeds groter deel van de bouwkosten via de NHC en wordt een steeds kleiner deel op de oude manier nagecalculeerd. In 2012 is die verhouding 90/10, in 2013 80/20, etc.
Nieuwe aanbieders moeten onderhandelen
Nieuwe aanbieders krijgen al vanaf 1 januari een volledig integraal tarief, omdat zij nooit onder het oude bouwregime hebben gebouwd. De vergoeding van de vastgoedkosten maakt onderdeel uit van het integrale zzp-tarief. Met zorgkantoren moeten zij onderhandelen over de hoogte van dit zzp-tarief. Bestaande aanbieders hoeven dat pas vanaf 2018.
Duidelijkheid over compensatieregelingen
De NZa-beleidsregels bieden duidelijkheid over enkele overgangsregelingen. Zo komt er compensatie voor kosten die te maken hebben met oude plankosten. Ook de kosten voor de verwijdering van asbest en de zogeheten ‘spookgebouwen’ worden gecompenseerd. Bij spookgebouwen gaat het om gebouwen die niet meer in gebruik zijn, maar waarop wel nog steeds een boekwaarde rust.
Snel nieuwbouw
“Eindelijk duidelijkheid”, stelt Michiel Wentges, directeur BOB Advies. Hij vindt de uitwerking in lijn met eerdere plannen. Zorginstellingen doen er in zijn ogen goed aan om snel nieuwbouw te plegen, omdat ze tijdens de overgangsregeling een deel van de werkelijke kosten nog vergoed krijgen volgens het oude systeem van nacalculatie. “Dat biedt een oplossing voor de badkuipproblematiek. Het gegeven dat de kosten de eerste jaren van de levensduur van een gebouw altijd hoger zijn dan de vergoeding.”
Huursituaties
De NZa biedt geen oplossing voor de boekwaardeproblematiek van zorginstellingen met slechte huurcontracten. Dat zijn langlopende contracten waarbij de huur die zorginstellingen aan woningcorporaties moeten betalen, hoger is dan de vergoeding die zij in het nieuwe regime zullen ontvangen. Het ministerie van VWS vindt het de verantwoordelijkheid van de zorginstellingen zelf om hierover de discussie met de verhuurder aan te gaan.
Te kort door de bocht
Johan Paul, directeur van Coresta Healthcare, vindt dat te kort door de bocht. “De overheid is zelf deels verantwoordelijk voor het ontstaan van deze contracten. Ze zijn met goedkeuring van het Bouwcollege afgesloten. Zorginstellingen worden door toedoen van de overheid opgezadeld met een probleem dat ze binnen de huidige regelgeving niet kunnen oplossen.” (Zorgvisie – Bart Kiers)
Lees ook:
Scheiden wonen en zorg in 2014
VWS schrapt nhc voor lichtste zzp’s
Omvang boekwaardeproblematiek care is 218 miljoen euro
Boekwaardeprobleem huur zwaar onderschat
Neem een abonnement
Interesse in meer achtergronden? Word nu abonnee van Zorgvisie.