Dat besluit is genomen in overleg met de Inspectie voor de Gezondheidszorg.
Spijkenisse Medisch Centrum
Het Spijkenisse Medisch Centrum, zoals het ziekenhuis sinds de doorstart heet, is ‘niet meer toegerust om deze groep patiënten optimaal te kunnen behandelen’. Ook de ambulancediensten en de zorgverzekeraars delen dit standpunt. De huisartsen in de regio zijn op de hoogte gesteld. Patiënten met acute neurologische aandoeningen worden verwezen naar ziekenhuizen in de regio.
Door-de-week-ziekenhuis
De komende periode zal het Spijkenisse Medisch Centrum in samenspraak met de neurologen verder bekijken hoe de zorg aan deze patiënten gaat vormgeven. Naar verwachting is dat dit op 1 oktober 2013 bekend. Het ziekenhuis ontwikkelt zich richting een short stay ziekenhuis met een uitgebreide poliklinische functie en planbare zorg voor door de week.
Een acute neurologie kan zijn een hersenbloeding of een herseninfarct.
Elke ingewijde weet dat snelheid dan een eerste vereiste is, anders kan de patient zijn heel verdere leven met een (zeer) zware handicap verder MOETEN.
Je zult maar inwoner zijn van Spijkenisse en je vrouw krijgt een herseninfarct en men moet nog ontdekken waar een plek is voor een zeer dringende neurologische behandeling. Als de verpleging het gebak van de jarige collega nog niet opheeft, komt die tijd er nog bij; het resultaat kan zijn dat de patient zijn verder leven in een rolstoel zit.
En als Beatrix of Schippers en consorten een enkel kneuzen ruimen ze een vleugel leeg in het dichts bijzijnde ziekenhuis als die vleugel al niet gereed staat.
Zolang een land dergelijke zaken nog slikt vindt men het heel gewoon om te zeggen: we doen even geen neurologie in Spijkenisse.
Wat een verschrikkelijk land.
Die softheid begon al in de 60-tiger jaren. Ik weet nog dat mijn dochter al maanden geen les had omdat de Duitse leraar ziek was. Ongelooflijk hard pakte de voorzitter van de ouderraad de rector aan. Ik zei na de vergadering tegen de voorzitter: ‘Je moet hem niet zo hard aanpakken, hij heeft pas een fikse hartaanval gehad’. Ik vergeet nooit zijn reactie: ‘Dan moet hij er maar weer een krijgen’. Ik was het daar toen niet mee eens, maar nu volledig.