Dat schrijft de VNG in een reactie op het rapport dat het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) gisteren naar buiten bracht. Daaruit blijkt dat gemeenten in totaal 1,2 miljard euro overhouden op hun budget voor maatschappelijke ondersteuning en jeugdzorg van 2015.

Terecht terughoudend begroot
Dat geld gaat niet verloren, schrijft de VNG nu. Gemeenten hebben aangegeven dat ze het bedrag reserveren voor 2016 en later. Dat bleek ook al uit eerder onderzoek dat Significant deed naar aanleiding van het bericht dat gemeenten 310 miljoen euro overhielden op de Wmo. ‘Gemeenten hebben terughouden begroot, en terecht. Lange tijd was er onduidelijkheid over het budget en de aantallen cliënten’, schrijft de VNG.  ‘Gemeenten waren daarom voorzichtig: ‘in dichte mis ga je niet gas geven’. Bovendien mogen gemeenten geen budgetten overschrijden en daarbij schulden maken: gemeenten kennen immers een andere begrotingssystematiek dan het Rijk.’ In de reactie wijst de vereniging daarnaast op de verschillen per gemeenten: sommige gemeenten houden geld over, terwijl anderen juist een tekort hebben. Daarom is er meer onderzoek nodig, stelt de VNG.

Noodzakelijk zuinig
Het terughoudend begroten is volgens de VNG bovendien noodzakelijk, omdat er veel wordt bezuinigd op de gebieden waarop gemeenten actief zijn. Daarom is het ‘geen overbodige luxe’ om geld te reserveren voor latere jaren, stelt de vereniging. ‘In 2016 werd de eerste budgetkorting al doorgevoerd en in 2017 krijgen gemeenten nog een korting van ruim 400 miljoen te verwerken. De decentralisaties zijn in 2015 van kracht geworden, 2015 en 2016 zijn overgangsjaren. Gemeenten willen niet elk jaar hun beleid ingrijpend hoeven aan te passen, waardoor inwoners niet meer weten waar zij aan toe zijn.’  

Dossier transitie langdurige zorg
De AWBZ gaat in delen over naar de Wmo en de Zorgverzekeringswet. Ook de Participatiewet en de Wet jeugdzorg worden gedecentraliseerd. Hoe verloopt deze enorme stelselwijziging? Lees meer.