Artikel bewaren

U heeft een account nodig om artikelen in uw profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

VWS en NZa ruziën over tarieven langdurige zorg

Bart Kiers schrijft zowel over cure als care. Zijn aandachtsvelden zijn de ziekenhuizen, medisch specialisten, wijkverpleging en ouderenzorg.
Het ministerie van VWS en de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) hebben een hoogoplopend conflict over de tarieven in de langdurige zorg. Het kostenonderzoek van de NZa toont aan dat er geld bij moet, maar de vraag is of VWS de buidel wil en kan trekken.
tarieven langdurige zorg
Foto: Adobestock

Een lang gekoesterde wens van zorgaanbieders in de langdurige zorg ging op 2 september in 2016 in vervulling. Oud-staatssecretaris Martin van Rijn van VWS gaf de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) opdracht tot ‘herijking’ van de tarieven van zorgzwaartepakketten (zzp’s). Al jaren roepen zorgaanbieders in de ouderenzorg, gehandicaptenzorg en langdurige ggz dat die zzp-tarieven niet meer kostendekkend zijn. Ouderen in verpleeghuizen worden steeds ouder en hebben complexere problematiek. Ook in de gehandicaptenzorg en langdurige ggz wordt de zorgvraag steeds complexer en de zorgverlening intensiever. De tarieven worden weliswaar jaarlijks geïndexeerd, maar die indexering houdt geen rekening met deze toenemende complexiteit en intensiteit. Sinds 2009 zijn de tarieven niet meer grondig onder de loep genomen.

Kostenonderzoek langdurige zorg

Het onderzoek naar welke kosten zorgaanbieders in de langdurige zorg in werkelijkheid maken, was een enorme operatie. In augustus 2017 is het adviesbureau KPMG in opdracht van de NZa van start gegaan. Alle kosten van circa achthonderd zorgaanbieders uit de ouderenzorg, gehandicaptenzorg en langdurige ggz over het jaar 2016 zijn meegenomen en geanalyseerd. Een stuurgroep met vertegenwoordigers uit de hele sector begeleidde dat proces. Op 24 januari 2018 heeft de NZa het ‘Kostenonderzoek langdurige zorg’ gepubliceerd. Maar in die versie bleek een foutje in een formule te zijn geslopen. Dat staat in een nieuwe versie van het kostenonderzoek dat de NZa op 24 mei heeft gepubliceerd. Dat de NZa alle berekeningen nog eens zorgvuldig is nagelopen, is niet zo vreemd. Een eerder kostenonderzoek naar de tarieven in de ggz hield geen stand voor de rechter, omdat de voorgestelde verhoging door de NZa volgens de rechter onvoldoende onderbouwd was. Zorgverzekeraars hadden de voorgestelde verhoging destijds aangevochten.

Meer uitgegeven aan zorg dan ontvangen

De tarieven in de langdurige zorg hebben in 2016 inderdaad niet de kosten gedekt. De zorgaanbieders hebben meer aan zorg uitgegeven dan ze hebben ontvangen via de tarieven. Dat is de belangrijkste conclusie van het kostprijsonderzoek. De zorgaanbieders komen vooral geld tekort op de zware zzp’s. Opmerkelijk beeld is dat zorgaanbieders geld dat is bedoeld voor bouw inzetten voor zorg om de zorguitgaven te dekken. Ze stellen dus nieuwbouw en renovaties uit en geven dit geld uit aan zorg.

Discussie over extra geld

De vraag is nu hoeveel geld de zorgaanbieders tekortkomen voor kostendekkende tarieven. Volgens anonieme bronnen, die nauw betrokken zijn bij het onderzoek, zou het gaan om zeker 450 miljoen euro. Het rapport noemt een bedrag van 110 miljoen euro. Maar de onderzoekers stellen dat een berekening naar het macro-effect pas gemaakt kan worden als de nieuwe tarieven zijn vastgesteld. Daarover heeft de NZa naar verluidt een hoogoplopend conflict met het ministerie van VWS. VWS wil niet veel extra geld beschikbaar stellen voor hogere tarieven in de langdurige zorg. De NZa beroept zich op haar eigen verantwoordelijkheid om onafhankelijk kostendekkende tarieven te bepalen. De toezichthouder is wettelijk verplicht dat voor 1 juli te doen.

Extra geld ligt politiek gevoelig

Extra geld voor de langdurige zorg op basis van een NZa-rapport ligt politiek gevoelig, nadat verpleeghuizen er vorig jaar onverwachts 2,1 miljard euro bij hebben gekregen. De politiek werd toen verrast door de financiële gevolgen van het kwaliteitskader verpleeghuiszorg dat het Zorginstituut had opgesteld. Het Ministerie van Financiën wil niet opnieuw verrast worden door extra zorguitgaven als gevolg van een rapport van een zelfstandig bestuursorgaan in de zorg. Wat de discussie in de ouderenzorg bemoeilijkt, is dat de tarieven voor verpleeghuizen in 2017 al zijn verhoogd met 435 miljoen euro. Over de besteding van de rest van de 2,1 miljard euro voor verpleeghuizen heeft minister Hugo de Jonge van VWS al afspraken gemaakt met de Tweede Kamer en veldpartijen. Dat geld moet grotendeels worden besteed aan extra personeel.

NZa en VWS nemen besluit

Maandag overlegt VWS met de NZa en veldpartijen hoeveel geld er beschikbaar is. De NZa beslist eind juni over de nieuwe tarieven. VWS zal eind juni een besluit nemen over de contracteerruimte voor 2019. Ondertussen maakt VWS ook haast met de wijziging van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), de deregulering van de zorg. Als die wetswijziging doorgaat, kan VWS de tarieven in delen van de zorg liberaliseren. Zorgverzekeraars maakten onlangs bekend daar grote bezwaren tegen te hebben. Zorgvisie heeft de NZa gevraagd om een interview, maar de NZa wilde alleen schriftelijk op vragen reageren. Ook het ministerie van VWS is om een reactie gevraagd.

Geef uw reactie

Om te kunnen reageren moet u ingelogd zijn. Heeft u nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.