Artikel bewaren

U heeft een account nodig om artikelen in uw profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties1

Na de pandemie komt betere zorg niet vanzelf

De pandemie voelt soms als een natuurramp die ons treft. Waarna wederopbouw noodzakelijk is. Die vergelijking gaat voorbij aan het gegeven dat een deel van de oorzaken en het succes van de aanpak van de pandemie voortvloeit uit menselijk gedrag. Maar het geeft wel goed het gevoel van verwoesting aan. Toch is het goed om ook vooruit te denken over de wederopbouw na de ramp. Collegelid Ewout Irrgang en onderzoekers van de Rekenkamer over hoe de zorg anders en beter kan na de pandemie.

In Nederland besteden we dit jaar collectief ongeveer 80 miljard euro aan zorg. Het overgrote deel wordt uitgegeven door private partijen, zoals ziekenhuizen, verpleeghuizen en andere zorgaanbieders. Wanneer zorg voldoet aan de ‘stand van de wetenschap en praktijk’, zoals bepaald door zorgprofessionals, wordt deze in principe vergoed uit ons collectief gefinancierde basispakket.

Hierdoor krijgen in de meeste gevallen nieuwe behandelingen of medicijnen automatisch extra geld. Daar ligt geen expliciet politiek besluit aan ten grondslag. Dat is wel zo bij onderwijs of defensie. De zorg kent dus bepaalde ingebouwde mechanismen die zonder maatregelen sneller tot hogere uitgaven leiden dan bij andere collectieve uitgaven.

De studiegroep begrotingsruimte (groep hoge ambtenaren van ministeries, CPB en DNB) adviseert de politiek hierin zelf meer keuzes te maken. Zonder maatregelen investeert het kabinet de komende vier jaar ruim 13 miljard euro meer aan de zorg. De zorguitgaven beslaan een steeds groter deel van de collectieve uitgaven en verdringen andere uitgaven.

Groei beheersen

De Algemene Rekenkamer heeft afgelopen decennium diverse initiatieven onderzocht die bedoeld zijn om de groei van de zorguitgaven te beheersen. De opeenvolgende hoofdlijnenakkoorden die alle belangrijke partijen in de zorg sinds 2012 hebben gesloten om een uitgavenplafond af te spreken, zijn in financiële zin effectief gebleken.

Het committeren van partijen aan lagere groeipercentages leidt tot een redelijk effectieve ‘deksel op de pan’. Maar die effectiviteit lijkt wel onder druk te staan. Want ondertussen staat het vuur nog aan met alle risico’s van dien. Uit ons onderzoek uit 2016 bleek ook dat de onderliggende afspraken voor meer gepast gebruik van de zorg zeker niet gewerkt hadden.

Onzinnige zorg

De minister van VWS werkt sinds 2013 aan het terugdringen van onzinnige zorg. Maar dit programma Zinnige Zorg werkt niet omdat het onder andere te vrijblijvend is. Het Zorginstituut slaagt er – in samenwerking met huisartsen, medisch specialisten, zorgverzekeraars en patiënten – niet in om zorg die niet effectief of noodzakelijk is, uit het basispakket te halen.

Directe pakketmaatregelen zijn echter ook minder effectief gebleken dan verwacht, zo bleek uit ons onderzoek. Voor een effectieve aanpak die ook in de praktijk de spreekkamers bereikt, is ook aandacht nodig voor omzetprikkels voor zowel zorgaanbieders als individuele behandelaars. In ons onderzoek naar de wachtlijsten in de GGZ zagen we dat deze financiële prikkels een belangrijke rol spelen. Minder onzinnige zorg is overigens niet alleen belangrijk voor uitgavenbeheersing. Minder onzinnige zorg leidt ook tot betere zorg.

Dure geneesmiddelen

Er komen steeds meer dure geneesmiddelen die een steeds groter beslag leggen op de groei van vooral de ziekenhuisbudgetten. Dat verdringt andere (goedkopere) ziekenhuiszorg. Uit ons onderzoek van dit voorjaar bleek dat het aannemelijk is dat de prijsonderhandelingen van de minister voor Medische Zorg met de farmaceutische industrie over deze dure geneesmiddelen een bijdrage leveren aan de uitgavenbeheersing.

Een bredere en scherpere inzet in die onderhandelingen valt dus te overwegen. Dat laatste vereist duidelijke politieke keuzes, ook in de Tweede Kamer. Want toegang tot medicijnen is voor veel patiënten van levensbelang. Die toegang staat als de minister een keer ‘nee’ zegt tegen een hoog tarief van de farmaceut op zijn minst tijdelijk op het spel.

Niet onmogelijk

Uitgavenbeheersing in de zorg is niet onmogelijk, maar wel moeilijk. Het komt op de uitvoering aan. Het Zorginstituut en de NZa zijn eind november weliswaar met een omvangrijk actieplan gekomen om passende zorg verder te stimuleren. Maar de Rekenkamer benadrukt, net als het advies van de studiegroep begrotingsruimte, dat wanneer de politiek niet het primaat pakt en zelf beslist, er voor hen besloten wordt. Dat leidt er dan toe dat goede zorg elders en uitgaven op andere beleidsterreinen verdrongen worden.

De minister heeft steun van de Tweede Kamer nodig om scherp over prijzen te kunnen onderhandelen. Maar ook om van een zelfstandig bestuursorgaan als het Zorginstituut te kunnen verwachten dat het minder terughoudend is met de inzet van zijn bevoegdheden, zoals het doen van pakketuitspraken.

De reguliere zorg na het lastige jaar 2020 herstarten, biedt ook een kans het beter te doen. Of zoals de nieuwe Amerikaanse president Joe Biden dat noemt: Let’s build back better.

Ewout Irrgang is collegelid van de Algemene Rekenkamer, Lisanne Marks en Laurens Niëns onderzoeker

 

1 REACTIE

  1. zinnige en gepaste zorg wordt vanuit de patiënt geformuleerd: de organisatie van de zorg zal moeten transformeren: ontschotting van de financiering, ontschotting van de lijnszorg, meer samenwerken, meer concentreren van complexiteit en aandoeningen, en vooral een regio definieren en budgetteren om zo goed mogelijke zorg op alle terreinen te garanderen en meer innovatieve oplossingen en gezondheid te creeren voor de bevolking van de regio. regionaal als het kan en superregionaal als het moet…Dat betekent ook een andere governance voor een regio

Geef uw reactie

Om te kunnen reageren moet u ingelogd zijn. Heeft u nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.