Artikel bewaren

U heeft een account nodig om artikelen in uw profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties1

Zelfstandig gevestigde psychiater levert geen ‘lichte zorg’

Actiegroep ZGP aan Zet, bestaande uit ongeveer 230 vrijgevestigde psychiaters, uit haar teleurstelling over de volgens de psychiaters ongefundeerde uitspraken van Bas Jurling, NZa manager toezicht verzekeraars, met betrekking tot de werkzaamheden van de zelfstandig gevestigde psychiaters (zgp’s). Daarnaast tekenen zij protest aan tegen de beeldvorming door Karina Raaijmakers, NZa-directeur toezicht, waarin zij stelt dat er een toestroom is van patiënten met lichte problematiek naar de ggz.
Beeld: SERHII/stock.adobe.com

In het Zorgvisie-artikel van 21 februari met de titel NZa: Koop cruciale ggz niet in via concurrentie wordt Jurling als volgt geciteerd: ‘Psychiaters werken graag als zelfstandige, terwijl ze in de klinieken hard nodig zijn. Voor hen is het door de ggz-bekostiging aantrekkelijker om mensen met een lichte zorgvraag te helpen dan met een zware zorgvraag.’

Zelfstandig gevestigde psychiaters (zgp’s) leveren geen ‘lichte zorg’. Waar wordt deze uitspraak op gebaseerd? De populatie die een zgp ziet is vergelijkbaar met die van poliklinieken binnen de ggz. De zgp krijgt patiënten verwezen met ernstige psychiatrische problematiek, waar psychologen niet mee uit komen of die in de ggz-instellingen niet goed geholpen konden worden. zgp’s werken samen met huisartsen en vrijgevestigde psychologen zodat veel patiënten, ook met complexe problematiek, ambulant behandeld kunnen blijven worden. De zgp levert hiermee een belangrijke positieve bijdrage aan het voorkomen van opnames en crisiszorg en aan de wachtlijsten, ook door de persoonlijke en laagdrempelige benadering.

Mocht dit vooroordeel leven, de zgp begint ook geen eigen praktijk voor financieel gewin. De inkomsten zijn niet hoger, vaak zelfs wat lager dan in loondienst. De zgp wil het beroep in de volle breedte uitoefenen en zo goed mogelijk mensen met complexe problematiek helpen op een kosteneffectieve manier.

Het tekort aan zorgaanbod voor patiënten met complexe problematiek, hoe schrijnend ook, wordt niet veroorzaakt door vrijgevestigd werkende psychiaters. De patiënten met relatief lichte problematiek werden in het dbc-stelsel, met sturing op zo kort mogelijke trajecten (“de minuten zijn op”), binnengehaald door de commercieel gerichte, relatief kleine instellingen. Dit is heel iets anders dan een zgp.
Wat betreft de klinische zorg: er zijn bedden afgebouwd, waarbij onvoldoende geld is besteed aan vervangende zorg. De uitstroom van klinieken naar bijvoorbeeld beschermd wonen loopt heel slecht. Er is huisvestingsproblematiek, waardoor bedden niet beschikbaar komen. Zorgverzekeraars kopen door een tekort schietende risico-verevening te krap in bij de ggz-instellingen, waardoor zij genoodzaakt zijn belangrijk klinisch aanbod voor complexe patiënten af te stoten. De taak van de psychiater binnen de ggz-instellingen is de laatste jaren uitgekleed tot opvang van crisis en het leveren van medicatiecontacten. Dit heeft in combinatie met de enorme werkdruk en een gebrek aan invloed deze werkplekken niet aantrekkelijker gemaakt. Allemaal zaken die niets te maken hebben met de zelfstandig gevestigde psychiaters, en waar een NZa-manager zorg toch van op de hoogte zou moeten zijn.

Voorts geeft Karina Raaijmakers, NZa-directeur toezicht, in dit artikel aan dat de instroom in de ggz toeneemt en dat in de ggz te veel lichte problematiek wordt behandeld. Ook dit klopt niet, al hoor je deze fabel de laatste tijd vaker. In de cijfers is men de patiënten die bij de POH-GGZ komen gaan meetellen, daardoor lijken de aantallen groter. Bij de POH-GGZ bevindt zich vaak wel lichtere problematiek, en bij de vrijgevestigde GZ-psychologen (voorheen basis-GGZ). Maar niet in de ggz en ook niet bij de zgp’s.
In de ggz worden juist – door het werk van de POH GGZ en psychologen – minder patiënten behandeld dan voorheen, met zwaardere problematiek. Tussen 2010 en 2016 daalde volgens CBS het aantal volwassenen in psychiatrische behandeling met ongeveer een derde tot jaarlijks zo’n 533.000 patiënten, 3,9 procent van alle volwassenen. Terwijl 6 à 7 procent van de Nederlanders aan een ernstige psychiatrische aandoening lijdt. Zie onder andere het artikel van Manon Kleijweg, psychiater, in de Volkskrant van 1 april 2021.

Namens actiegroep zgp aan Zet, Michiel W. Hengeveld, Emmy Tessel, Astrid Bakker, David Con, Maaike Hoek, Sascha Kats, Rosien Leijdens en Haye bij de Weg

1 REACTIE

Geef uw reactie

Om te kunnen reageren moet u ingelogd zijn. Heeft u nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.