Medicijnen zijn onnodig duur, omdat farmaceutische bedrijven ophouden met de marketing van hun product als het patent afloopt. Artsen schrijven dan nieuwe en duurdere medicijnen voor die nog wel worden gepromoot. Het medicijn dat na het verstrijken van het patent goedkoop beschikbaar is, wordt daardoor veel minder verkocht dan zou kunnen.
Dat kost de samenleving tientallen miljoenen
Alleen al in Nederland geven beroepsorganisaties 1 miljard! Euro publiek geld per jaar uit om alles bij het oude te kunnen laten en ‘de gelederen te kunnen sluiten’. Valt belangenbehartiging ook onder marketing?
wat Osinga lijkt aan te tonen is dat marketinguitgaven niet alleen tot directe kostenstijging leiden, maar ook indirect. als een patent afloopt en een succesvol product ook door anderen (goedkoper) kan worden aangeboden, verliest het zijn commerciële waarde voor de ontwikkelaar. doordat die vervolgens zijn marketing op andere -veelal vervangende- producten richt, waarop wel een patent rust, kan de indruk ontstaan dat het oude product niet meer op de markt is. dit maakt de verspilling aan marketingactiviteiten (50% van de marketinguitgaven is immers maar effectief, maar welke 50%?) exttra navrant.
Wat een vreemd artikel en belachelijk onderzoek. Je moest eens weten hoeveel de verzekerden kwijt zijn aan kosten die de farmaceutische industrie maakt aan marketingskosten. Daar kan nog heel wat geld gehaald worden als er bezuinigd moet worden.