In de tweede fase van het Citrienprogramma is waardegedreven financiering als een van de vier pijlers geïntroduceerd met als doel meetmodellen te ontwikkelen die inzicht geven in kwaliteit en kosten. “De urgentie daarvan is alleen maar toegenomen, door drukkende budgetten, problemen met de personeel en toenemende incidentie kankergevallen en het vraagstuk over dure geneesmiddelen.”
Meetmodel met PROMs
Multipel Myeloom (MM) staat in de top vier aandoeningen van de grootste kostenstijgers in de periode 2017-2018. De top vier wordt gevormd door ziektes waarbij de behandeling (deels) bestaat uit het toedienen van de dure geneesmiddelen, blijkt uit cijfers van Vektis. Daarnaast is de overleving bij deze ziekte verbeterd, waardoor kwaliteit van leven steeds belangrijker wordt voor patiënten. Gevolg is dat patiënten met MM langdurig met worden behandeld met vaak dure geneesmiddelen.
Volgens Christine Bennink, projectleider/onderzoeker VBHC Multipel Myeloom, is er daarom behoefte aan informatie over welke behandeling bij MM de beste uitkomsten oplevert tegen de beste prijs. Daarvoor is een meetmodel ontwikkeld waarbij klinische uitkomsten, PROMs en financiële uitkomsten zijn verzameld in een dataset. Onder andere klinische uitkomsten zoals neuropathie nierfunctiestoornissen en embolie zijn meegenomen. Maar ook PROMs zoals pijn, vermoeidheid en financiële problemen.
Dashboard
Resultaat hiervan zijn nu drie verschillende dashboards; een met klinische uitkomsten, een met PROMs en een met financiële uitkomsten. Ook kan je met verschillende filters verschillende uitkomsten in beeld brengen. Zo zie je bijvoorbeeld alleen uitkomsten van vrouwen, patiënten van een bepaalde leeftijd of patiënten met een bepaalde behandeling. Bij de financiële uitkomsten is bijvoorbeeld gekeken naar dagen dat een patiënt op een IC verblijft, verpleegdagen, bezoek aan de SEH en dialyse. De klinische uitkomsten gaan bijvoorbeeld over comorbiditeiten, type chemotherapie en WHO classificatie. En naast de genoemde PROMs worden ook slaapproblemen, angst en bijvoorbeeld eetlust in het dashboard getoond.
Regie
Bennink: “PROMs meenemen in een dataset is niet moeilijk. De AVG en kwaliteitswetgeving zijn eerder een probleem bij de verzameling van gegevens. Lokale implementatie is nog te vrijblijvend en wordt niet gefaciliteerd. En de data wordt aangeleverd op verschillende manieren, dus in verschillende ‘blokken’. Dat maakt het samenvoegen van de data lastig.”
Ook mist Benning regie rond de ontwikkeling van een meetmodel. “Bij MM zijn er veel parallelle initiatieven. Mijn advies is daarom om vooraf goed naar samenwerking te kijken, wellicht is er al informatie beschikbaar. Dat geldt voor MM, maar zou eigenlijk voor de hele hematologie gedaan moeten worden. Ik denk bijvoorbeeld aan de opzet van een kwaliteitsregister en een landelijk dataplatform, erkend door VWS en Zorginstituut Nederland. De kosten van de zorg nemen toe, vooral in ziekenhuizen. Een meetmodel met data is complex en duur, maar uiteindelijk loont het. Als je hierin investeert heb je sneller en meer grip op informatie die er echt toe doet.”
