Het is de PVV een doorn in het oog. Zorgbestuurders die er een potje van hebben gemaakt en die even later weer als bestuurder bij een andere instelling opduiken. Is het vriendjespolitiek die ervoor zorgt dat ze ondanks slecht functioneren toch weer gewoon als bestuurder elders aan de slag kunnen? Hoe dan ook, het moet niet kunnen. Disfunctionerende zorgbestuurders kunnen we niet gebruiken in de zorg.
Aantoonbare geschiktheid
Wat mij en mijn collega Fleur Agema betreft komt er daarom zo snel mogelijk een specifieke toets voor zorgbestuurders. Voordat iemand als bestuurder aan de slag mag bij een zorginstelling moet hij of zij aantonen geschikt te zijn voor deze functie. Zeker gezien de uitdagingen waar de zorgsector momenteel voor staat. We hebben er al genoeg voorbij zien komen. Narcistische bestuurders die zichzelf overschatten en verkeerde keuzes maken met grote consequenties voor medewerkers en patiënten. Ik noem er een paar: Paul Smits van het Maasstad Ziekenhuis te Rotterdam, Ger Mulder, van Huis in de Duinen te Zandvoort of Gerard Tanke van Amsterdam thuiszorg. Zomaar drie voorbeelden van een lijst die veel te lang is. Wij willen dit soort bestuurders nooit meer terug zien in de zorg.
Antecedentenonderzoek
In de specifieke zorgbestuurderstoets die de PVV voor ogen heeft, moet daarom een antecedentenonderzoek opgenomen zijn. Simpelweg om na te gaan waarom iemand een andere zorginstelling verlaten heeft. Is hij opgestapt of ontslagen omdat hij disfunctioneerde? Dan komt hij er bij een andere zorginstelling ook niet in. Verder moet een kandidaat-bestuurder aantonen over voldoende relevante werkervaring te beschikken. Het liefst komt zo iemand vanuit de organisatie zelf en wil hij doorgroeien naar een bestuursfunctie. En zijn motivatie moet niet gericht zijn op wat zijn instelling voor de patiënt kan betekenen, maar hoe hij samen met de patiënt zijn instelling kan veranderen naar de wensen van de patiënt.
Machtspositie van de bestuurder
Een bestuurlijke functie in de zorg is een moeilijke functie. Het is ook een machtspositie. Er wordt naar je geluisterd, je wordt naar de mond gepraat, iedereen wil je aandacht. Niet omdat je zo’n aardige persoon bent, maar omdat je bestuurder bent op een belangrijke positie. Daarom moet je stevig in je schoenen staan, anders ga je jezelf overschatten en dicht je jezelf meer competenties toe dan je feitelijk hebt. Ook een competentietest zou daarom onderdeel moeten zijn van de zorgbestuurderstoets. Afhankelijk van de precieze functie van de bestuurder kunnen verschillende competenties gevraagd worden. En bij een eenmalige toets moet het niet blijven. Er zou ook een periodieke beoordeling van zittende bestuurders moeten komen.
Ik ben in ieder geval blij met de toezegging van minister Schippers om te onderzoeken wat de mogelijkheden van een zorgbestuurderstoets zijn. Het is tijd om de carrousel van disfunctionerende bestuurders te doorbreken.
Karen Gerbrands
Lees meer
Esther verwoord het prima. Falende politiek die zichzelf een nieuw speeltje toedenkt. Nee daar is financiele verantwoordelijkheid aan toe te vertrouwen. Inderdaad, betere raden van toezicht en geen hobbybestuurders. Bij de RvT dient de verantwoordelijkheid te liggen en volledig te blijven.
Deze woorden uit de hoek van een m.i. incompentente en overwegend zelfoverschattende en narcistische politieke partij kan ik niet serieus nemen.
Wel ben ik het eens met Rob: de RvT zou op een andere wijze haar verantwoording moeten nemen en meer monitoren hoe de zaken ervoor staan. Dat zou al kunnen door een rol te spelen als toehoorder bij (bij toerbeurt) overlegvergaderingen met de voorzitters van Raden van Bestuur en de Ondernemingsraad. OR-en kunnen dit nu al via een initiatiefvoorstel regelen in hun organisatie. Beoordelen + toetsen niet alleen op resultaat, maar ook op goed werkgeversschap en het naleven van de good governance code.
Zolang onderhands ‘gedeald’ wordt over het vertrek van een falende bestuurder zeggen antecedenenten niets. Dit ancendentenonderzoek (? wat een vervelend woord) is m.i. geen garantie voor het binnenhalen van een competente bestuurder.
In de in dit artikel met naam en rugnummer genoemde bestuurders mag Jef Pelgrims van tanteLouise-Vivensis in Bergen op Zoom zeker niet ontbreken. De feiten die ik hieronder opsom zijn terug te lezen in de openbare jaarverslagen van de verschillende instellingen terwijl Jef Pelgrims’ handelen rond het ‘failliet’ van de thuiszorgtak van tanteLouise-Vivensis uitgebreid in/op verschillende (regionale) nieuwsbladen/nieuwssites aan de orde is geweest en nog steeds komt.
Jef Pelgrims bleek de rechtsvoorganger van Ipse de Bruggen in Nootdorp anno 1995-2000, met het stelselmatig zaken rooskleuriger voor te stellen dan deze in werkelijkheid waren, uiteindelijk met een miljoenen verlies te hebben opgezadeld waarvan de omvang de continuïteit van de instelling in gevaar bracht.
Vervolgens is Jef Pelgrims verantwoordelijk geweest voor het binnen een jaar volledig laten verdampen van een positief resultaat van enkele tonnen bij de Thuiszorg Westelijke Mijnstreek te Sittard om spoorslags uit te wijken naar Bergen op Zoom.
Opvallend in het spoor van vernieling wat Jef Pelgrims ook weer bij tanteLouise-Vivensis aan het trekken is, is fataal en opzichtig geblunder met de aanbesteding rond de WMO in de thuiszorg. Op zich is het natuurlijk al ongepast en onvoorstelbaar dat Jef Pelgrims anno 2012 nog steeds door deze instelling heen stapt terwijl uit het jaarverslag over 2010 blijkt dat hij met het noodgedwongen moeten stopzetten van het leveren van thuiszorgtaken de gehele instelling heeft onthoofd.
Het is echter nóg immoreler en ronduit verwerpelijk dat Jef Pelgrims de rekening voor het geblunder, waar hij notabene zelf de volledige verantwoordelijkheid voor draagt, doodleuk aan de zwaar gedupeerde thuiszorgmedewerkers presenteerde. Jef Pelgrims legde een looneis van 25% neer bij deze toch al laagbetaalde medewerkers terwijl hijzelf weigerde ook maar één euro van zijn ruim boven de Balkenendenorm vastgestelde salaris in te leveren. En dat terwijl Jef Pelgrims in de maatschappelijke jaarverslagen over zichzelf opschrijft dat hij als bestuurder hét geweten is van tanteLouise-Vivensis en hét grote voorbeeld voor het management en de medewerkers.
Maar zoals hierboven in eerdere reacties ook wordt aangegeven gaat het niet alleen om falende, financieel wanbeleid voerende en incompetente bestuurders. De raad van toezicht van tanteLouise-Vivensis zit erbij en kijkt ernaar. Tijdens hun bijeenkomsten, doen ze een plas, drinken een glas en laten alles gewoon zoals het was. Dat is niet alleen schandalig maar maatschappelijk hoogst onverantwoord.
‘Is hij opgestapt of ontslagen omdat hij disfunctioneerde?’ schrijft Karen. Wie bepaalt dat? Ik ken ook disfunctionerende Raden van Toezicht die de verkeerde persoon aantrekken voor de uitdaging die er ligt of juist de ingrepen van de ‘right man for the job’ niet kunnen volgen omdat ze onvoldoende visie en capaciteiten in huis hebben. Ik ben het eens met Rob: Kijk liever eerst eens wat beter naar het niveau en de kwaliteit van de leden van een RvT!
@ Maurits. Hier is een boek over te schrijven. Zorguitkomsten zijn onvoldoende meetbaar. Hierdoor is het beoordelen van de doelmatigheid nog onvoldoende mogelijk. Procesmaatregelen zijn dus nodig. RvT’s onderschrijven veelal de richtlijnen uit de Governance Code. Deze zou aangevuld kunnen worden, bijvoorbeeld door richtlijnen op te stellen over het regelement van de RvT en de verantwoording van de RvT naar buiten toe. De Governance Code wordt echter op essentiele punten niet gevolgd. Hierdoor is met name de samenstelling van de RvT te weinig heterogeen, en ontbreekt zelfreflectie en zelfreinigend vermogen tav de Nederlandse bestuurscultuur grotendeels.
Beste Rob,
Zou je nader in willen gaan op de rol van de RvT en de werkwijze die volgens jou beter moet? Ik ben met je eens dat als de RvT geen tegenmacht kan organiseren naar de bestuurder als hij/zij zich laat zien als een zonnekoning zij zelf mede tekort schiet.
Dit is een taak voor de RvT en niet voor de politiek. Vrijwel elke generieke (politieke)maatregel zal onzinnig blijken als daar verder naar wordt gekeken. En hoewel Paul Smits meer steken heeft laten vallen dan hij zelf wil erkennen, ken ik hem als een van de betere ziekenhuisdirecteuren die ons land heeft gekend. Als u vindt dat de RvT deze taak niet aankan dan moet u eens nadenken over het al of niet continueren van het RvT-model. Wat mij betreft is het meer voor de hand liggend om eisen te stellen aan de werkwijze van de RvT. Daar is nog veel te verbeteren.