‘Ken jij een verbouwing die helemaal binnen de planning rond was en er geld over was aan het eind van de rit?’, vraagt huisarts Sanne Rekers zich hardop af in de nieuwe aflevering van de podcastreeks De Nulpraktijk. ‘Dat is ook het spannende van dit hele avontuur’, zegt Rekers, in het pand waar ze binnenkort van start gaat met de huisartsenpraktijk Hondrugpark Gezond.

Rekers zet de nieuwe praktijk samen op met collega Karen Bloemendal, op initiatief van Amsterdam UMC en stichting GAZO: Gezondheidscentra Amsterdam Zuidoost en Diemen. Het is de bedoeling dat Rekers en Bloemendal allerlei innovaties gaan toepassen en dat onderzoekers van Amsterdam UMC vervolgens wetenschappelijk gaan vaststellen wat wel en niet werkt.

Problemen in de huisartsenzorg

De podcast schetst de problemen binnen de huisartsenzorg in Nederland. Aard Verdaasdonk, secretaris van de Landelijke Huisartsenvereniging LHV, en Jettie Bont, hoogleraar en hoofd van de afdeling huisartsengeneeskunde van het Amsterdam UMC, komen voorbij in de podcast.

Eerste patiënten ingeschreven

De noodzaak tot vernieuwing mag dan helder zijn, de opzet van de huisartsenpraktijk van de toekomst gaat niet zonder slag of stoot, zo blijkt uit de aflevering. Toch hebben de eerste patiënten zich inmiddels via een voorinschrijving aangemeld. Rekers en Bloemendal vertellen hoe ze nu al willen inspelen op de zorgvraag van de toekomstige patiënten. Zo denken ze na over groepsconsulten over zwangerschap en het digitaliseren van consulten over seksueel overdraagbare aandoeningen.

Innovatie voor betere band met patiënt

Ze delen ook hun plannen voor de onboarding van nieuwe patiënten. Hun uitgangspunt is dat ze de patiënt van meet af aan goed willen leren kennen. Dat biedt enerzijds een basis om later meer zorg digitaal te leveren en moet anderzijds zorgen voor een hechte band tussen huisarts en patiënt. Die band is in het gedrang gekomen met het verdwijnen van de klassieke huisarts die alleen en levenslang een praktijk bestiert en zodoende alle patiënten persoonlijk kent. Op de juiste manier innoveren kan dat terugbrengen, betogen Bloemendal en Rekers.