Nu de IZA-pot leeg is en blijkt overvraagd met een bedrag ter waarde van 1 miljard euro, meenden we de vraag te moeten stellen of dit proces – 2,8 miljard verdelen aan regionale transformatieplannen – niet tekort heeft geschoten. Met name gezien alle IZA-coalities die met hun plannen alsnog achter het net blijken te vissen. En inderdaad, u vond er wat van. Op LinkedIn kreeg de stelling veel aandacht en op onze website zijn 45 reacties binnengekomen. Van die 45 zijn 41 respondenten het eens met de stelling. Slechts vier zien het anders.
Acht miljoen
“Ons plan is fantastisch!”, aldus een bestuurder-apotheker in de eerstelijn enthousiast. “Multidisciplinair en gedragen door de hele regio! Helemaal zelf gemaakt en kost ‘maar’ 8 miljoen.” Maar dan: “Goedgekeurd, alleen net te laat… Vergelijkbare plannen opgesteld door grote consultancybureaus vragen 64 miljoen aan. Ik vond ons plan al veel geld.”
Hij zet daarmee de aardig de toon. Veel reacties gaan over geld dat naar consultants is gegaan in plaats van naar de zorg. Maar ook over de competitieve logica van de IZA-aanpak.
“Dat grote partijen er met de poen vandoor gaan is onzin”, schrijft een ziekenhuismanager. Er zijn vele plannen van kleinere ook goedgekeurd. Grote instellingen maken ook grotere impact op demping van zorgvraagstijging, waar het allemaal om te doen is. Alleen: als we het wie het wie-het-eerst-komt-die-het-eerst-maalt principe instellen, ga je de bietenbrug op. Een verdeling vooraf naar grootte van omzet of andere parameters had dit hele gedoe opgelost. Zeer matige gang van zaken.”
Of deze adviseur in de gehandicaptenzorg: ”Zeker in de laatste fase zie je dat het afkeuren van plannen waar jarenlang aan gewerkt is energie weghaalt en juist de relaties schaadt die zo cruciaal zijn om stappen vooruit te zetten.”
Zorgverzekeraars
Er is ook veel kritiek op de zorgverzekeraars, die niet de expertise in huis zouden hebben om de beoogde transformatie vorm te kunnen geven. “Er is te weinig expertise bij zorgverzekeraars om de plannen goed te wegen”, aldus een programmaleider Passende zorg. De benodigde transformatie komt met de huidige toewijzingen niet tot stand. De middelen hadden een veel betere bestemming kunnen krijgen, als aan de voorkant beter was nagedacht over het proces.”
Een programmaleider tapt uit hetzelfde vaatje: “De ‘macht’ / dominantie van het zorgverzekeraarsperspectief heeft van meet af ongelijkwaardigheid in het werkveld gecreëerd. En spelregels zijn almaar veranderd, werden dwingender, ook naar domeinen waar zorgverzekeraars niets over te zeggen hebben. Er lijkt maar weinig besef op het landelijke niveau te bestaan, hoe hard het werken is om tot goede en betrouwbare regionale samenwerking te komen en te behouden. De markt deed haar werk. Als je echt wilt transformeren dan zou ook het stelsel moeten meedoen.”
Of deze manager in de ouderenzorg: “Enorme blauwe aanpak. Past totaal niet bij innoveren. Zorgverzekeraars trekken een veel te grote broek aan.”
Te weinig transformatie
Een laatste opvallende lijn van kritiek in de reacties is die dat de IZA-aanpak bestaande belangen heeft bevestigd en bijgevolg te weinig transformatief is geweest. “Heel veel geld gaat naar optimalisatie van bestaande instellingen” zegt een inkoper in de eerstelijn. Helaas erg weinig naar echte transformatie. Ik heb veel plannen gezien en niemand, zeker ziekenhuizen, durft te krimpen.”
Een strategisch zorgverkoper van een ziekenhuis laat echter zien dat het ook in zijn/haar ziekenhuis behelpen is geweest. “Als algemeen ziekenhuis zijnde hadden wij helaas niet de financiële middelen om (dure) externe bureaus in te schakelen. We hebben het dus met ons personeel ‘naast’ de agendavullende bezigheden moeten doen. We gaan hoe dan ook door met transformeren, maar het missen van de benodigde financiële middelen om te investeren vertraagt het proces aanzienlijk.”
Bere-interessant
Tot slot, om niet helemaal in mineur af te sluiten, een onderzoeker die het niet eens was met onze stelling en graag wil reflecteren op de IZA-dynamiek: “Het is bere-interessant om te kijken wat het intensief investeren (‘ombouwcomfort’) oplevert bij regio’s met geaccordeerde plannen. Voor een conclusie is het daar nu nog te vroeg voor, maar voor reflectie is het nu juist een goede timing. Het is – ook (red.) – interessant om te kijken wat er gebeurt bij regio’s die nu ruimte krijgen (want geen KPI’s, mijlpalen) om zelf uitvoering te geven, maar zonder dat ‘comfort’. Wat zouden ze nu dan aan hun plannen willen bijstellen? Om welke reden? Is dat omdat zij ‘weten’ dat het gaat renderen terwijl dit niet in KPI’s te vangen is? Of is dat om het bestaan van de eigen organisatie te verzekeren? Kortom: als de overheid en systeempartners ‘lerend’ zullen opstellen, is er juist iets te zeggen voor hoe dit is verlopen.”
Een mooie opdracht voor de IZA-partijen.
Dit is een poll
Zorgvisie houdt regelmatig een poll om de meningen van bestuurders, managers en zorgprofessionals te vragen. Op basis hiervan verschijnt een artikel op de website. Het is met nadruk een peiling en dus zeker geen wetenschappelijke bijdrage.