Vorig jaar deed Minddistrict in samenwerking met de Gx en financiële steun van ZonMw een grootschalig onderzoek naar de implementatie van e-health. In totaal werden 700 behandelaren bij negen verschillende ggz-instellingen ondervraagd. Daarnaast zijn kwalitatieve interviews afgenomen. De resultaten zijn gebruikt voor de ontwikkeling van de toolkit.
Onderzoeksresultaten
94 procent van de behandelaren geeft aan het nut te snappen van e-health. Het populairst zijn de behandelmodules, bijvoorbeeld voor depressie, paniek, burn-out of mindfulness. Negen van de tien behandelaren zet deze modules in. Ook gestructureerde dagboeken en online communicatie zijn populaire diensten. Behandelaren die reeds e-health inzetten, vonden het vaak moeilijk om patiënten met afkeer van e-health of onvoldoende vaardigheden te overtuigen van het nut van e-health. De behandelaar wordt op dit moment onvoldoende uitgedaagd of geholpen om ook voor deze ‘laatste groep’ een passend aanbod te zoeken. Als gevolg krijgt deze groep minder mogelijkheden voor e-health aangeboden. Meer onderzoeksresultaten zijn te vinden in de infographic.

Zelf ontdekken
De toolkit is speciaal samengesteld om professionals en hun teams te helpen bij de implementatie van e-health, vertelt Jeanette Ploeger van Minddistrict. ‘We hadden eerder al een handboek voor projectleiders, maar we merkten dat uiteindelijk teams het werk zelf moeten doen. Het gebeurt nu nog vaak dat teams van bovenaf opgelegd krijgen dat zij aan de slag moeten met e-health zonder dat zij echt weten waarom. De toolkit laat teams zelf nadenken over de materie en zo ontdekken zij zelf op welke manier e-health hun zorgprocessen kan verbeteren. Dat heeft enorm veel invloed op de betrokkenheid.’
Beren op de weg
Thema’s die in de toolkit aan bod komen zijn: Wat heeft online zorg te bieden?, Welke bezwaren heb je tegen online zorg?, Optimale zorg met behulp van online zorg, Toepassingen van online zorg, Randvoorwaarden en succesfactoren en tot slot Bewaak je doelen. Ploeger: ‘In het tweede thema worden de beren op de weg behandeld. Behandelaren zien soms nadelen die te maken hebben met onbekendheid met e-health. Het is belangrijk om daarover te praten en onzekerheid weg te nemen.’ Het is volgens Ploeger de bedoeling dat elke behandelaar op zijn eigen manier nadenkt over hoe hij e-health kan gebruiken in de zorg. ‘Sommigen beginnen liever kleinschalig, anderen willen direct alle cliënten behandelen met e-health.’
Gevorderden
Behandelaren die al geruime tijd met e-health werken, lopen nog tegen allerlei problemen aan. ‘Tijdens de focusgroepen waren de behandelaren onophoudelijk in gesprek met elkaar om ervaringen te delen. We merkten wel dat voorlopers soms blijven steken. Zij lopen voorop in de organisatie en blijven dezelfde modules gebruiken zonder verder te kijken. Voor verdere opschaling is verdieping nodig. Het delen van kennis binnen en buiten de instelling is daarom erg belangrijk. Om die reden hebben we ook veel van de ervaringen verwerkt in de toolkit.’