Artikel bewaren

U heeft een account nodig om artikelen in uw profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Wachttijden tbs te lang

Carina van Aartsen is redacteur bij Zorgvisie, Skipr en Qruxx. Ze schrijft over alle sectoren van de zorg, maar vooral over de ouderenzorg en eerste lijn. Omdat daar nu de grootste uitdagingen liggen: voor de zorg zelf maar ook voor de samenleving. Als aandachtsgebieden heeft zij de thema´s: governance, zorgverzekeraars en financiën.
De vraag naar lichtere vormen van forensische zorg neemt toe. De NZa adviseert om flexibel om te gaan met de afzonderlijke budgetten voor tbs en overige forensische zorg en zo de lichte forensische zorg toegankelijk te houden.
Oostvaarderskliniek.jpg
Oostvaarderskliniek

Dat staat in de “Marktscan forensische zorg 2015”.

Tbs
De gemiddelde wachttijd voor tbs daalde de afgelopen jaren sterk en was in 2014 gemiddeld 62 dagen. Deze wachttijd valt binnen de wettelijke norm, maar overschrijdt de interne streefnorm van 42 kalenderdagen van het ministerie van VenJ. In 2014 is 65 procent van de tbspassanten niet binnen deze streefnorm geplaatst. Dit lijkt volgens de NZa vooral het gevolg van vertraging in het proces van plaatsing van tbs-patiënten. De NZa vindt daarom dat er betere afspraken moeten komen tussen de rechtspraak, het OM en Divisie Individuele Zaken. Temeer daar het ministerie de tbs-capaciteit de komende jaren verder wil afbouwen, wat den wachttijden extra kan laten toenemen.

Licht forensische zorg
De NZa neemt een verschuiving waar naar meer lichtere vormen van zorg en minder zorg in forensisch psychiatrische centra. Als deze doorzet, dan zal de komende jaren meer geld nodig zijn de lichtere forensische zorg. Het gaat daarbij vooral om de ambulante behandeling en begeleiding. Voor deze vormen van zorg is in 2014 meer gedeclareerd dan is ingekocht. In 2015 is voor ruim 650 miljoen euro forensische zorg ingekocht. De NZa adviseert het ministerie van VenJ om te onderzoeken of er flexibel kan worden omgegaan met de gescheiden budgetten voor tbs en ‘overige forensische zorg’, om deze laatste vorm van forensische zorg toegankelijk te houden.

Zorgaanbieders
Het aantal aanbieders van forensische zorg is tussen 2011 en 2015 met bijna veertien procent gestegen van 104 naar 118. Nieuwe toetreders zijn vooral organisaties die begeleidingszorg en lage beveiligingsniveaus aanbieden. Vooral het aantal aanbieders in de ggzbegeleiding steeg, van 73 in 2011 naar 97 in 2014. In 2015 daalde dit aantal weer naar 92 aanbieders. Toetreden tot de klinische en zwaardere forensische zorg is nauwelijks mogelijk.

Betere cijfers nodig over de forensische zorg
Zorgaanbieders zijn verplicht om informatie door te geven over de forensische zorg die zij leveren. Deze cijfers zijn op dit moment onvoldoende van kwaliteit of niet volledig. De NZa verzoekt het ministerie van VenJ om heldere afspraken te maken over het registreren van de gegevens over de forensische zorg. Ook onderneemt de NZa de eerste helft van 2016 zelf actie om de datakwaliteit van het landelijke DBC-informatiesysteem te verbeteren. De NZa benadrukt dat het de verantwoordelijkheid en plicht is van de zorgaanbieders om consequent de geleverde en gedeclareerde forensische zorg aan te leveren aan DIS. Voor het verdiepend onderzoek naar de continuïteit van zorg zijn betrouwbare gegevens nodig over de indicatiestelling en de instroom, doorstroom en uitstroom van patiënten.

Forensische zorg
Forensische zorg is een combinatie van verplichte zorg en beveiliging voor mensen die een strafbaar feit hebben gepleegd en een psychiatrische stoornis of verstandelijke beperking hebben. Er is maar een inkoper van forensische zorg, namelijk de divisie Forensische Zorg/Justitiële Jeugdinrichtingen van het ministerie van Veiligheid en Justitie. Forensische behandeling wordt bekostigd op basis van dbc’s. Forensische begeleiding met verblijf wordt vergoed op basis van zorgzwaartepakketten.

Overhevelingsregeling
De door de NZa in 2014 gepubliceerde beleidsregel “Overheveling fz-Zvw” blijkt onbekend te zijn. De regel is ingesteld om geld over te kunnen hevelen van de forensische zorg naar de reguliere geestelijke gezondheidszorg en andersom. Tot nu toe is er echter geen gebruik van gemaakt. De NZa vermoedt dat een groot aantal zorgaanbieders deze beleidsregel niet kent. De 25 procent aanbieders die de regel wel kent, ziet geen aanleiding om er gebruik van te maken. De NZa overweegt daarom, ook in het kader van het verminderen van de administratieve lasten, om deze regeling te schrappen.

Carina van Aartsen is redacteur bij Zorgvisie, Skipr en Qruxx. Ze schrijft over alle sectoren van de zorg, maar vooral over de ouderenzorg en eerste lijn. Omdat daar nu de grootste uitdagingen liggen: voor de zorg zelf maar ook voor de samenleving. Als aandachtsgebieden heeft zij de thema´s: governance, zorgverzekeraars en financiën.

Geef uw reactie

Om te kunnen reageren moet u ingelogd zijn. Heeft u nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.