Gemeenten ervaren bij het werken met sociale (wijk)teams vooral knelpunten op het gebied van werkbelasting (hoge werkdruk en caseload) en een toenemend aantal hulpvragers met complexe problemen.
Dat blijkt uit het rapport ‘Sociale (wijk)teams opnieuw uitgelicht’ dat kennisinstituut Movisie in opdracht van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft uitgevoerd. Sinds de decentralisaties in 2014 is dit de derde landelijke peiling naar de stand van zaken rond de sociale (wijk)teams. De peiling is gehouden onder 242 Nederlandse gemeenten.
Hoge caseload
De knelpunten van sociale teams op het gebied van werkbeheersing gaan vooral over hoge werkdruk, hoge caseload, zwaarte van problematiek en over lange wachtlijsten. In het geval van wachtlijsten gaat het om wachtlijsten die het gevolg zijn van de hoge caseload bij de sociale teams en jeugdteams. Maar het gaat ook om de wachtlijsten bij de tweedelijnszorg waardoor de doorstroming stagneert.
Specialistische hulpverlening
Gemeenten maken zich vooral zorgen over de toegenomen complexiteit van vraagstukken die samenhangen met:
- Het omgaan met drang- en dwangtrajecten. Dit lijkt een nieuw knelpunt te zijn door de zwaardere casuïstiek en multiproblematiek waarmee de teams te maken krijgen.
- Problemen bij opschalen naar specialistische zorg en hulpverlening. Organisaties als Veilig Thuis en specialistische jeugdhulp hebben te maken met wachtlijsten. Dit bemoeilijkt de doorstroom, waardoor zware gevallen te lang bij het sociale team blijven hangen.
- Het formatie-vraagstuk. Hoe vinden (wijk)teams de juiste, ervaren en gekwalificeerde mensen, die met deze problematieken kunnen omgaan?
Als gevolg van de knelpunten in werkbelasting en complexe casuïstiek komen de sociale teams ook onvoldoende toe aan preventief werken en vroegsignaleren.
Meer casusregie
Inmiddels wordt het op maat bieden van passende zorg en ondersteuning – direct toegankelijk voor individuele burgers – steeds meer het belangrijkste doel van sociale teams, zo blijkt uit de huidige peiling. De sociale (wijk)teams waren in de eerste jaren na de decentralisaties nog volop bezig met het vormgeven van de nieuwe werkwijze. Terwijl nu de meeste tijd uitgaat naar casusregie, vraagverheldering en het maken van een plan met de cliënt, zo concludeert Movisie.
Taak voor gemeenten
Hoewel de teams multidisciplinair zijn samengesteld, beperkt de beoogde integraliteit zich vooral tot het domein van zorg en ondersteuning. Ondanks dat bij veel Wmo- en jeugdzorgaanvragers sprake is van multiproblematiek, waaronder ook schulden, problemen met arbeidstoeleiding en bijstand, kiezen gemeenten er (vaker) voor om die problemen anders vorm te geven dan via medewerkers in het wijkteam. Zo neemt het aantal sociale (wijk)teams dat taken uitvoert op het gebied van werk en inkomen gestaag af (54 procent van de teams in 2014, de helft in 2015 en 45 procent in 2017). Dit wordt in de peiling vergeleken met de SCP-gegevens over stapeling van problemen op het gebied van werk en inkomen en zorg en ondersteuning. Movisie concludeert vervolgens dat hier voor de gemeenten nog wel een taak ligt; in ieder geval om de belofte van integraal werken waar te maken.