Nieuwenhuis ontdekte daarnaast dat mensen met een IQ dat zo laag is dat het op een LVB wijst, drie keer zo vaak worden opgenomen als andere groepen. Bovendien wordt bij hen bijna vier keer zo vaak dwang en drang toegepast, meldt de onderzoekster.

Nieuwenhuis nam bij 318 patiënten van twee opname-afdelingen van GGNet een zogeheten SCIL af, een test waarmee intelligentie en licht verstandelijke beperking wordt gescreend.  Op basis van de uitkomsten vermoeden de onderzoekers dat bij 43,8 procent van de patiënten sprake was van een LVB, terwijl er bij 4 op de 5 patiënten niks over te vinden was in het dossier. Van Nieuwenhuis concludeert uit de gegevens dat verstandelijke beperkingen veel meer voorkomen dan wordt gedacht. Daarom vindt ze dat bij patiënten die gedwongen worden opgenomen meer aandacht moet worden besteed aan de mogelijkheid van LVB. Het behandelteam moet de zorg, communicatie en houding tegenover de patiënt ook aanpassen.

LVB in tweede lijn
Esther van Gaalen, directeur Behandeling en Verblijf van GGNet, vindt dat de uitkomsten een nieuwe blik bieden op de ggz. ‘De uitkomsten van die onderzoek zie ik als een indringende wake-up call voor de ggz. Het onderzoek richtte zich op patiënten van de opname-afdeling. Dat zijn kortdurende verblijven. Voor mij is de vraag veel meer of we een deel van onze patiënten in de tweedelijns ggz structureel ondervragen. Daarom is Jeanet Nieuwenhuis met haar team ook bezig met vervolgonderzoek in de ambulante teams.’