De rechter oordeelde ook dat er in algemene zin een mogelijkheid voor ontheffing moet worden uitgewerkt. Tot die tijd heeft de rechter de bestaande declaratieverplichting opgeschort. De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) gaat onderzoeken hoe de definitieve vorm eruit moet zien. Zij zal dit doen in overleg met zorgaanbieders, zorgverzekeraars en vertegenwoordigers van patiënten.

Cliënt weer voorop

De stichting KDVP, die zich inzet voor het recht op privacy voor patiënten en cliënten, is tevreden over de uitspraak. Van Eldijk: ‘Wij moeten de patiënt de garantie kunnen geven dat alles wat tijdens de behandeling besproken wordt, vertrouwelijk blijft.’ De cliënt mag daardoor zelf een keuze maken over de opname van behandelgegevens. Daarnaast is het volgens Van Eldijk ook de verantwoordelijkheid van de zorgverlener dat de behandelinformatie vertrouwelijk blijft.

Belastende informatie

In de toekomst zal het weinig voorkomen dat deze data terug te vinden is in de declaratie, voorspelt de KDVP-voorzitter. “Als zowel cliënt als zorgverlener het niet belastend vinden, kan de informatie opgenomen worden op de factuur. Maar als het in eerste instantie gaat om een chronische hoofdpijn en het blijkt later toch een psychische aandoening te zijn, dan is het bij voorbaat verstandiger om de informatie in eerste instantie al niet op te nemen. Ik denk dus dat het in heel veel gevallen niet zal gebeuren dat die informatie in de declaratiegegevens wordt opgenomen. De uitspraak van de rechter heeft echter een zeer fundamenteel karakter omdat feitelijk wordt geoordeeld dat zowel de cliënt als de zorgverlener moeten kunnen beslissen dat diagnose informatie niet terecht komt bij derden die niet direct bij de behandeling betrokken zijn.”

Discussie over declaratiecodes

De discussie om wel of geen declaratiecodes op de factuur te zetten, speelt al langere tijd in de curatieve ggz. Het vermelden van een vorm van diagnose-informatie op de declaratie is belangrijk voor cliënten en consumenten, vindt de NZa, omdat alleen zo inzichtelijk is waarvoor een zorgaanbieder declareert. ‘Zo weten cliënten en verzekeraars welke zorg zij voor welke prijs geleverd krijgen en kunnen zij dit controleren. Ook voor de overheid is het van belang om te kunnen controleren of de zorg terecht ten laste van de basisverzekering wordt gedeclareerd.’

Vertrouwelijkheid is essentieel

Het gaat er volgens Van Eldijk om dat de informatie nu wordt verzameld op de computers van zorgverzekeraars. ‘De individuele medische dossiers in deze gigantische databank worden niet verwerkt door personen die gehouden zijn aan het medisch beroepsgeheim. Zorgverleners noch cliënten kunnen bepalen wie deze gegevens krijgt en waarvoor ze worden gebruikt. Dat is een onaanvaardbare ontwikkeling. Zeker in de ggz waar vertrouwelijkheid een essentieel instrument is bij de behandeling.’

Administratieve last neemt toe

Marie-José van Gardingen, woordvoerder van zorgverzekeraar CZ, erkent dat er altijd en risico bestaat dat data op straat komt te liggen. ‘Wij doen er overigens alles aan om deze gegevens te beveiligen, zowel intern als extern. Dat betekent dat wij onszelf ontzettend goed beveiligen tegen hackers, maar dat ook de mensen die hier werken echt niet alle gegevens kunnen bekijken. Iedereen die met vertrouwelijke gegevens werkt, heeft een contract waarin geheimhouding wordt vereist.’ Van Gardingen laat verder weten dat CZ werkt met uitspraken en besluiten van de NZa. ‘Wij zullen het met deze uitspraak moeten doen. Om informatie te verkrijgen voor controles zullen wij voortaan dossiers moeten opvragen. Dat werkt ook, maar kost wel meer tijd. Niet alleen voor ons, maar ook voor de zorgverlener.’

(Zorgvisie / ICTzorg – Mark van Dorresteijn | Twitter | Foto: )

Lees meer:

Uitspraak van CBb over declaratiegegevens op factuur