Als zorgkantoren de overgang naar verpleeghuiszorg blokkeren – bijna overal in Nederland – en ombouw naar private woonzorgcomplexen financieel niet haalbaar is, rest slechts sluiting. Op straffe van faillissement: want het lijkt misschien dat de ouderenzorg er financieel goed voorstaat, maar ook 25 procent solvabiliteit is nog steeds maar voldoende voor een ongedekte exploitatie van slechts drie maanden.
We willen allemaal zo lang mogelijk thuis blijven wonen en dat is op zich prima, maar we moeten de mogelijkheden van mantelzorg en de participatiesamenleving niet overschatten. De bewoners met lagere zorgzwaarte in de verzorgingshuizen hebben indertijd ook een weloverwogen keuze gemaakt dat het thuis niet meer ging. En de vergrijzing gaat de komende decennia gewoon door. De vraag is dan of er in de toekomst voldoende betaalbare alternatieven voor verzorgingshuizen overblijven.
Leegstand
De voortekenen zijn niet zonder meer gunstig. Het concept van serviceflats is veel te duur; de flats kampen daardoor met grote leegstand. Er zijn weliswaar signalen dat private ontwikkelaars zich warm lopen om te investeren in nieuw vastgoed, maar zij houden zich daarbij strikt aan de kaart met een geselecteerd aantal groeigebieden. En wat daar gerealiseerd wordt, zal (met een rendement van minimaal 6 procent) primair op het bovenste deel van de markt gericht zijn.
Geen verantwoordelijkheid
Hoe zit het dan met de mogelijkheden van publieke aanbieders? Woningcorporaties staan momenteel bepaald niet te trappelen om te investeren in woonzorgcomplexen. Zij willen geen verantwoordelijkheid nemen voor de realisatie van de benodigde extra voorzieningen die woonzorgcomplexen tot een serieus alternatief voor verzorgingshuizen maken. Gemeenten hebben op dit moment alle aandacht gericht op de Wmo en lijken zich ook niet druk te maken of zelfs doelgroepenbeleid nadrukkelijk af te wijzen.
Blijven over de zorgorganisaties, die nu nog het vastgoed van de verzorgingshuizen onder hun hoede hebben. Ook daar zijn lastige beslissingen te nemen. Op huurlocaties met een contract gebaseerd op intramurale vergoedingen zal nauwelijks een betaalbare huur te realiseren zijn, laat staan als renovatie noodzakelijk is. Op eigendomslocaties zijn mogelijk perspectieven, mits de raden van toezicht kunnen meegaan in een doorontwikkeling van zorgaanbieders tot maatschappelijk ondernemingen die ook een gecalculeerd risico voor private exploitatie willen aangaan.
Zaken doen
Het is nog maar zeer de vraag waar dit alles toe leidt. Het kabinet lijkt zich geen zorgen te maken en legt zorgaanbieders doodleuk een extra verhuurdersheffing op als zij verzorgingshuizen privaat willen doorexploiteren. Juist nu is het moment om zaken te doen. Als we pas over een paar jaar een tekort aan betaalbare woonzorgcomplexen constateren, zijn de gebouwen en locaties niet meer beschikbaar. Dan rest de tweedeling die je nu in de Verenigde Staten aantreft: dure retirement communities voor welgestelden en armoedige verpleeghuiszorg (inclusief vierpersoonskamers) voor wie dat niet kan betalen.
Guus Bannenberg, bestuurder Van Neynsel en voorzitter Corona Wonen
Zoals hierboven wordt gesteld ‘we moeten de mogelijkheden van mantelzorg en de participatiesamenleving niet overschatten’. Inderdaad moet zo lang mogelijk worden doorgewerkt en liefst ook zoveel mogelijk uren, dat de tijd die resteert voor zorg aan hulpbehoevenden minimaal is.
Ik vraag me ook af of de besturen zich wel hard maken. Ik hou mijn hart vast als ik denk aan mijn oude moeder van 90 nu nog thuis. Ze leeft nu op het randje van wel of geen hulp een eenzaam bestaan. Ik help haar nu nog, maar op een gegeven lukt het niet meer. Is er straks plaats als ze echt verzorgd moet worden?
het is bedroevend dat ondanks een kleine vijftien jaar – zo niet meer – discussie over het scheiden van wonen en zorg zorgaanbieders accommodaties (moeten) sluiten als de vanzelfsprekende band tussen beide verbroken wordt.
een punt moet me daarbij wel van het hart. net als in de volkshuisvesting lijkt kwaliteit het lange tijd te hebben gewonnen van exploiteerbaarheid, met als gevolg een eigenlijk te grote voorraden huurwoningen in het luxere segment (oppervlakte, sanitair, etc.) en relatief luxe zorgappartementen (id.) in verzorgingshuizen. exploitanten die zich (te) enthousiast op juist het iets hogere deel van de huurmarkt gericht hebben, lijken daarvan nu de wrange vruchten te gaan plukken, dankzij de bezuinigingswoede van de Rutte-II coalitie. triest.
Sluit me geheel aan bij reactie #1. De conclusie van de auteur gaat me toch iets te snel en de redeneringen lijken voorbarig op basis van een heel aantal vooronderstellingen die in het werkveld nog onvoldoende aantoonbaar zijn uitgewerkt om collectief te kunnen worden afgeschreven.
NB:
– Wanneer de oude kostprijs nog steeds leidend is, bij het komen tot een nieuw businessmodel, zal er geen nieuw haalbaar concept mogelijk zijn.
– Leegstand organiseren organisaties momenteel zelf ook (wellicht ook in relatie tot bovenstaande): mensen worden bij de poort geweigerd of worden zelfs uit hun huis gezet (vanwege lage ZZP).
– Ik weet van tenminste een woningbouwvereniging, Woonzorg Nederland, dat zij gereed is voor een nieuw concept (businesscase op z’n kop / wonen en zorg scheiden). Zij kunnen rechtstreeks verhuren aan de burger tegen huurprijzen die opnieuw berekend zijn op basis van inkomen burger en woningwaarderingwet.
Nee, de bal ligt echt nog bij de huidige besturen. Zij zullen zich gelegitimeerd moeten voelen (ipv angst en kramp) en weten (stakeholders bereid om ”bittere pil” gezamenlijk te slikken en in goede banen te leiden). In die zin pleit ik voor een onafhankelijke zaakwaarnemer vanuit de overheid (landelijk of regionaal) die toeziet op de transitie en die checkt welke scenario’s de revue heeft gepasseerd.
Zie ook #draaiboekwonenvanzorgscheiden via http://www.stichtingbim.nl
Waar een ieder al jaren angstig voor is geweest, namelijk dat er een zelfde maatschappij gaat ontstaan als in Amerika, wordt nu bewaarheid.
Dit wordt enkel nog in een stroomversnelling gebracht wanneer partijen als D66 en de VVD de meerderheid gaan krijgen. Deze partijen zijn enkel gericht op de beter gesitueerden. In een zeer hoog tempo zal er een onderbouw ontstaan waarvoor nauwelijks nog zorg geleverd kan worden zoals dit in Amerik reeds een feit is.
Ja en niemand neemt hier tegen zijn/haar verantwoordelijkheid. Ze leggen het bij de burger onder eigen verantwoordelijkheid en eigen regie. Of wel zoekt u het maar zelf uit. Terwijl zorgverzekeraars miljarden winst maken en het kabinet 1.6 miljard aan meevallers heeft.Zij moeten er over nadenken hoe het geld besteed wordt.Nu vast niet aan de zorg die ze totaal kapot aan het maken zijn.
Gedegen verhaal. Het is vreemd dat de bedrijfstak dit over zich heen laat komen. Zorgbehoeftige ouderen zijn zo echt de dupe,
Waar we nu mee geconfronteerd worden is al jaren bekend maar veel actie wordt er niet ondernomen. Toch is het mogelijk om corporaties over de streep te trekken. Het heeft ons twee jaar gekost om een betaalbaar alternatief te ontwikkelen maar het gaat er nu komen. Dat corporaties afwachtend zijn heeft zijn oorzaak en het lukt kennelijk slecht om nut en noodzaak voldoende onder de aandacht te brengen. Actiz wil en kan hier best een rol in spelen maar moet dan wel gevoed worden vanuit de praktijk!
Guus Bannenberg neemt de koe bij de kop: er is wel politiek lawaai gemaakt met beloften van bezuinigingen en dan redden we het wel als Staat der Nederlanden doch niemand is in staat de konsekwenties te overzien. Omdat niemand er voldoende verstand van heeft. Behalve mensen als Bannenberg. Wedden dat de politiek de andere kant op blijft kijken?
Het is bijna halverwege 2014 en de bestuurders vanuit de V&V stralen ongenoegen uit maar geen paniek. Ze sturen nog steeds aan op onderhandelingen en houden nog steeds hun kaarten op de borst. Ik verwachtte scherpere emotionelere aanvallen, en dure maar goed onderbouwde consultancy rapporten, die vlak voor de verkiezingen zouden worden gepresenteerd.
Al met al verrast het gebrek aan strategie van ActiZ, waardoor buitenstaanders de indruk krijgen dat de visie van de stas Van Rijn schoorvoetend wordt gedragen door de bestuurders.
Of is het gewoon zo dat de gevolgen voor de zorg en medewerkers wel dramatisch zijn, maar voor de bestuurders niet?