Artikel bewaren

U heeft een account nodig om artikelen in uw profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties1

Gelle Klein Ikkink over innovatieprogramma VWS

Het ministerie van VWS heeft sinds begin 2015 een programma Innovatie en Zorgvernieuwing (I&Z). Gelle Klein Ikkink is programmadirecteur van dit nieuwe programma. Hij heeft de ambitie het innovatieve vermogen in de zorg te vergroten, vertelde hij in een interview met 'Zorg voor innoveren'.
Gelle Klein Ikkink over innovatieprogramma VWS

‘Technologische innovatie is het probleem niet’, zegt Klein Ikkink. ‘Het innovatieve vermogen in de Nederlandse zorgsector is al behoorlijk groot. Zorgvernieuwers lopen echter vaak tegen drempels op als zij hun zorginnovaties op grote schaal aan de man willen brengen. Die obstakels zijn vaak cultureel of organisatorisch van aard. Denk bijvoorbeeld aan de schotten tussen verschillende schakels in de zorgketen. Zorgvernieuwers, zorgverleners en financiers weten elkaar lang niet altijd te vinden. Of ze begrijpen elkaar onvoldoende. Daardoor blijven vernieuwingen, van zorgrobots tot gegevensuitwisseling, vaak steken in tijdelijke en lokale initiatieven. Dat is jammer.’

Netwerksamenleving

De nieuwe programmadirectie Innovatie en Zorgvernieuwing wil verandering in deze situatie brengen. Klein Ikkink: ‘De zorgsector is creatief genoeg om oplossingen te bedenken. Wij helpen door partijen bij elkaar te brengen als ze elkaar niet weten te vinden of als er verschillende ambities zijn. En we kijken of we belemmeringen kunnen wegnemen.’ De zorg zou volgens Klein Ikkink meer als een netwerksamenleving moeten functioneren, met veel onderlinge samenwerking en kennisuitwisseling. ‘Dat kan alleen als we ons anders gaan gedragen. Minder gericht op het eigen stukje van de puzzel, en meer op de puzzel als geheel. Dienstbaar zijn aan dat geheel in plaats van de eigen ambities voorop te stellen. Gelukkig zien we daarvan steeds meer mooie voorbeelden, waar het wél lukt om zorgprocessen meer rond de patiënt of cliënt te organiseren, ondersteund door ict.’

Ministerie

De programmadirectie I&Z richt zich zowel op burgers en patiënten als op zorgprofessionals. Maar, zegt Klein Ikkink: ‘Het ministerie van VWS moet zelf het goede voorbeeld geven. De afgelopen jaren werken de verschillende sectoren binnen het departement al steeds beter samen. Het programma Innovatie en Zorgvernieuwing wil dat proces versnellen en versterken.’

E-health

Inhoudelijk ligt de focus van het programma in deze fase op e-health. Klein Ikkink: ‘E-health is steeds belangrijker om het netwerk van zorgverleners en ondersteuners rond één patiënt aan elkaar te koppelen. Relevante medische informatie en procesinformatie moeten voor alle actoren beschikbaar zijn. Voor de behandelaar, maar ook voor de patiënt zelf. Technologische innovaties maken die gegevensuitwisseling eenvoudiger.’

Netwerkvorming

Daarnaast maakt e-health de zorg steeds plaatsonafhankelijker. Denk aan de wijkverpleegkundige die met beeldschermcontact een oogje in het zeil houdt bij een licht dementerende bejaarde. Of de mantelzorger die vanuit huis een afspraak met de kapper maakt voor haar moeder, die de afspraak vervolgens op haar tablet ziet verschijnen en tijdig herinnerd wordt. Klein Ikkink: ‘Ook dat draagt bij aan de netwerkvorming rondom de patiënt.’

Schippers

Dat minister Edith Schippers stevige ambities heeft op het gebied van e-health bleek wel uit de Kamerbrief van 2 juli 2014. Ze wil dat 80 procent van de chronisch zieken binnen vijf jaar toegang heeft tot medische informatie zoals testuitslagen. Ook moet 75 procent van de chronisch zieken zelfstandig metingen kunnen uitvoeren. Degenen die zorg en ondersteuning aan huis krijgen, moeten 24 uur per dag via een beeldscherm met een zorgverlener kunnen communiceren. De programmadirectie I&Z zoekt naar manieren om deze doelen te verwezenlijken.

Duwtje

Zorgvernieuwers spelen een cruciale rol in de realisatie van al deze ambities. Zo cruciaal dat de minister onlangs nog voorstelde om een sterk netwerk van zorgvernieuwers in het leven te roepen, vergelijkbaar met de Amerikaanse incubator Matter. Door kennis van patiënten en professionals in een vroeg stadium mee te nemen, kunnen zorgvernieuwers hun innovaties beter en goedkoper maken. Daarmee vergroten ze direct de levensvatbaarheid van die innovatie. Klein Ikkink: ‘Daar zijn we nu mee bezig. Wij willen partijen bij elkaar brengen als die elkaar niet weten te vinden. En ze een duwtje in de juiste richting geven.’

Verzekeraars

Ook is de rol van verzekeraars en gemeenten zeer belangrijk. Zij bepalen immers of een zorginnovatie vergoed wordt of niet. Klein Ikkink: ‘We zien nog te vaak dat een zorginnovatie boven op de bestaande werkwijze komt. Terwijl de vernieuwing in plaats van het oude moet komen. Afscheid nemen van het bestaande doet soms pijn. Toch zal de zorg zichzelf opnieuw uit moeten vinden. Dwars door alle traditionele domeinen heen.’

Samenwerking

Klein Ikkink ziet voor Zorg voor innoveren, hét informatieportaal voor zorgvernieuwers, een belangrijke coördinerende rol weggelegd in het gecompliceerde landschap van de zorgvernieuwing. ‘De bijeenkomsten van ZvI bieden een goede mogelijkheid om te netwerken en ervaringen uit te wisselen. Daarnaast is Zorg voor innoveren hét ontvangststation voor vragen op het terrein van financiering, processtappen en regelgeving. Die vragen komen uiteindelijk terecht bij de Nederlandse Zorgautoriteit, Zorginstituut Nederland, ZonMw en/of het ministerie van VWS. Door deze samenwerking kunnen we een zo integraal mogelijk antwoord geven en mensen verder op weg helpen.’

Op dit moment onderzoekt het ministerie samen met de andere partijen hoe ze deze verbindende functie verder kunnen verstevigen, zodat Zorg voor innoveren nóg meer de plek wordt waar overheid en zorgveld elkaar ontmoeten.

Bron: Zorg voor innoveren.

1 REACTIE

  1. Duurzame innovatie en een netwerksamenleving komt niet zomaar tot stand inderdaad. Is een kwestie van een onophoudelijk najagen van de beoogde verandering en trouw blijven aan de maatschappelijke missie met een grote onbaatzuchtigheid en dienstbaarheid. Het principe 'onbekend maakt onbemind' is daarnaast niet erg commercieel. Bovendien durven of kunnen zorgbestuurders nauwelijks een 'onbetreden pad' inslaan vanwege de wankele bedrijfsmatige basis, als gevolg van de transitieperikelen. Onderstaande alinea's zijn overigens heel herkenbaar.
    ''De zorg zou volgens Klein Ikkink meer als een netwerksamenleving moeten functioneren, met veel onderlinge samenwerking en kennisuitwisseling. 'Dat kan alleen als we ons anders gaan gedragen. Minder gericht op het eigen stukje van de puzzel, en meer op de puzzel als geheel.''
    ''Klein Ikkink: 'We zien nog te vaak dat een zorginnovatie boven op de bestaande werkwijze komt. Terwijl de vernieuwing in plaats van het oude moet komen. Afscheid nemen van het bestaande doet soms pijn. Toch zal de zorg zichzelf opnieuw uit moeten vinden. Dwars door alle traditionele domeinen heen.''

Geef uw reactie

Om te kunnen reageren moet u ingelogd zijn. Heeft u nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.