Dat staat in het rapport Wmo-toezicht 2017 dat de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd vandaag heeft aangeboden aan de Tweede Kamer. Gemeenten zullen flink moeten investering in mensen, middelen en bestuurlijke aandacht om het niveau van het Wmo-toezicht op peil te brengen.
Wmo-toezichthouder
Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de handhaving van de diverse wetten binnen het sociaal domein. Zij zijn verplicht een Wmo-toezichthouder aan te stellen. Een procent van de gemeenten heeft dit nog niet op orde en is daarmee in overtreding. De IGJ verzoekt de minister om deze gemeenten hierop aan te spreken.
Fraudemeldpunt
Nog maar 10 procent van de gemeenten heeft handhavingsbeleidsplan voor de Wmo. Krap 20 procent stelt een werkplan op voor het toezicht en eveneens 20 procent heeft een toezichtplan. Een fraudemeldpunt ontbreekt vaak, slechts 15 procent van de gemeenten heeft dit. Hetzelfde geldt voor een meldpunt onrechtmatigheid.
IGJ
De IGJ adviseert de gemeenten om te zorgen dat de Wmo-toezichthouder gemakkelijk te vinden is voor de inwoners van de gemeente, de aanbieders en andere toezichthouders. Zeker waar het de verplichte melding van calamiteiten betreft moet de gemeente er voor zorgen dat hier een eenvoudig te vinden meldpunt voor is. Waar nodig dienen gemeenten in beschikkingen, contracten, subsidieafspraken en op de website van de gemeente de contactgegevens op te nemen van de Wmo toezichthouder.
Calamiteiten
Belangrijke stappen die de gemeenten kunnen zetten, liggen op het gebied van de melding en afhandeling van calamiteiten, het programmeren van thematisch en risicogestuurd kwaliteitstoezicht, het opstellen van en werken met gemeentelijke beleidsplannen voor toezicht en handhaving en de verbinding van het Wmo kwaliteitstoezicht met het onderzoek naar rechtmatigheid en fraude.