De radiotherapeuten hebben daarom in 2011 de richtlijn borstkanker opgesteld om boost-bestraling spaarzamer in te zetten dan voorheen. Deze aanbevelingen zijn echter niet overal even snel ingevoerd. Dat stelt Kay Schreuder in zijn proefschrift ‘Evolving breast cancer care’.
Richtlijn radiotherapie
Diagnostiek en behandeling van borstkanker zijn de afgelopen jaren sterk verbeterd. Dit heeft geleid tot hogere overleving en kwaliteit van leven. Het steeds vaker mogelijk om bijwerkingen te beperken door gerichte inzet van behandelingen, waar onder radiotherapie. In de jaren na publicatie van de richtlijn is de toepassing van de boost-bestraling bij invasieve borstkanker weliswaar gedaald maar er bestaat nog wel degelijk variatie tussen radiotherapeutische centra en ziekenhuizen.
Boost-bestraling
Na een borstsparende operatie volgt bijna altijd bestraling. Naast bestraling van de hele borst kan ook nog een boost-bestraling worden toegepast om de kans op terugkeer van de tumor verder te verkleinen. Deze boost lijkt vooral zinvol bij een hoog risico op terugkeer van de kanker in de borst, bijvoorbeeld als de patiënt relatief jong is, bij een agressieve tumor of als de tumor niet volledig is verwijderd na de operatie. Het zou beter zijn om niet meer altijd een boost te geven omdat deze huidklachten kan veroorzaken en een verslechterd cosmetisch resultaat oplevert. Bovendien wordt de kans op terugkeer van de ziekte in een behandelde borst steeds kleiner.
Gesprek met patiënt
Henk Struikmans, radiotherapeut LUMC Leiden: ‘Bij de sparende behandeling van borstkanker is het toepassen van de boost afgenomen van ongeveer 100 procent na de introductie van de borstsparende behandeling tot 43.5 procent in 2016. Dat is goed nieuws. Ik verwacht dat deze trend zich in komende jaren zal voorzetten. Ook verwacht ik dat de uiteindelijke beslissing om wel of geen boost, met het duidelijk benoemen van alle voor- en nadelen, steeds vaker zal worden genomen tijdens het gesprek tussen de patiënt en de radiotherapeut.’
BVN
Borstkanker Vereniging Nederland benadrukt via Mirjam Velting, programmamanager Kwaliteit van leven, het belang van transparantie: ‘Het is belangrijk dat patiënten eerlijke onafhankelijk informatie krijgen zodat zich bewust zijn van de mogelijkheden en van eventuele verschillen tussen ziekenhuizen en vrijheid hebben in de behandelkeuzes die ze maken. In welk ziekenhuis ze ook behandeld worden.’
NABON
Het Nationaal Borstkankeroverleg Nederland (NABON) stelt bij vernieuwingen aanbevelingen op voor de richtlijn. Aafke Honkoop voorzitter NABON: ‘Variatie in het consequent doorvoeren van de richtlijn of het bewust afwijken van de richtlijn kan worden besproken in de regionale oncologienetwerken waarin ziekenhuizen samenwerken, zodat alle borstkankerpatiënten profiteren van nieuwe mogelijkheden in de diagnostiek en behandeling.’
Proefschrift
Het onderzoek maakt deel uit van het promotieonderzoek van Kay Schreuder aan de Universiteit Twente. Zijn onderzoek, dat is uitgevoerd samen met het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL) en de behandelaars, geeft inzicht in verschillen en oorzaken van variatie in bestraling. Door deze verschillen inzichtelijk te maken en te bespreken kan uiteindelijk de zorg voor mensen met borstkanker nog meer verbeteren.