De NZa constateert in het rapport Care voor de toekomst dat zorgverzekeraars en aanbieders van zorg in het huidige systeem onvoldoende worden gestimuleerd om op basis van prijs en kwaliteit in te kopen en doelmatiger te werken.
Consument kiest
Bovendien speelt de consument een beperkte rol. Die moet volgens de toezichthouder meer macht om zorg in te kopen en meer keuzevrijheid krijgen.
In de extramurale zorg zouden cliënten via een keuzeplatform zelf moeten kunnen kiezen welke aanbieder het best aan hun wensen voldoet. Volgens de NZa is dat platform goed te combineren met een systeem van persoonsvolgende budgetten, zoals de patiëntenorganisatie NPCF wil.
In de intramurale zorg kan een model van ‘maatstafconcurrentie‘ zorginstellingen stimuleren tot concurrentie op prijs en kwaliteit. Bij zo’n model worden partijen afgerekend op basis van hun relatieve prestaties ten opzichte van andere, soortgelijke aanbieders.
Romp-AWBZ
De delen van de AWBZ die niet naar de zorgverzekeringswet kunnen worden overgeheveld, moeten volgens de NZa worden ondergebracht in een ‘romp-AWBZ’ als publiek uitgevoerde volksverzekering.
Mandateren indicatiestelling beperken
Verder adviseert de NZa om de indicatiestelling voortaan uit te laten voeren door de huisarts of praktijkverpleegkundige, onder verantwoordelijkheid van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). Het CIZ zou dan alleen nog steekproefsgewijs moeten toetsen.
Het mandateren van de indicatiestelling aan belanghebbende zorgaanbieders moet sterk worden beknot, vindt de NZa. (ZorgVisie – Bart Kiers)