Artikel bewaren

U heeft een account nodig om artikelen in uw profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties2

Poll-uitslag: Lezers willen van marktwerking in ggz af

Redacteur Skipr en Zorgvisie
In een poll van Zorgvisie geeft een overgrote meerderheid van de lezers aan dat het de hoogste tijd is om de curatieve geestelijke gezondheidszorg (ggz) uit de gereguleerde marktwerking te halen.
Beeld: Canva

Van de achttien respondenten spreken zeventien zich hier expliciet voor uit. De voorstanders, werkzaam in diverse sectoren van de ggz, eerstelijnszorg en ziekenhuiszorg, stellen dat marktwerking perverse prikkels creëert, de administratieve lasten verhoogt en ten koste gaat van de zorg voor de meest kwetsbare patiënten. Slechts één respondent, een bestuurslid van een lokale VVD-afdeling, verdedigt het huidige stelsel en ziet juist in een verfijning daarvan, en niet in een terugkeer naar centrale sturing, de oplossing voor de huidige problemen.

‘Dit moet stoppen’

De kritiek op de marktwerking in de ggz is fundamenteel. Een mantelzorger verwoordt een veelgehoord sentiment: “Zorg is geen markt en de GGZ is dat zeker ook niet. Hoe kan de GGZ worden onderworpen aan concurrentie? Hoe kan de GGZ een verdienmodel zijn? Dit moet stoppen.” Deze visie wordt gedeeld door professionals uit het veld, zoals een projectmanager en ggz-bestuurder en een huisarts in de eerstelijnszorg.

Een controller binnen de zorg hekelt de inefficiëntie die marktwerking volgens haar veroorzaakt. “Het geld dat wegvloeit voor medewerkers die zich moeten verdiepen in allerlei verschillende regels per zorgverzekeraar”, is haar een doorn in het oog. Ze voegt daaraan toe: “Waarom moet de ene zorgaanbieder meer ontvangen voor dezelfde activiteit dan de ander? Marktwerking werkt efficiency tegen.” De kosten voor administratie bij zowel zorgverzekeraars als zorginstellingen kunnen volgens haar direct worden bespaard.

‘Niets te kiezen’

Vanuit de psychiatrie klinkt een alarmerend geluid over de gevolgen voor de meest kwetsbare groep. Een psychiater stelt dat de ernstigste psychiatrische patiënten “niets te kiezen hebben” en soms in de gevangenis belanden, terwijl dit met een goed functionerende ggz in 25 tot 30 procent van de gevallen voorkomen had kunnen worden. Een gepensioneerd psychiater vult aan dat marktwerking ertoe leidt dat het “veel lucratiever is patiënten met lichte problematiek te behandelen” waardoor patiënten met zwaardere aandoeningen buiten de boot vallen, met soms “vergaande gevolgen”.

De desastreuze impact op zowel cliënten als professionals wordt eveneens benadrukt. Een psychiater stelt onomwonden: “Marktwerking heeft nooit gewerkt, het heeft desastreuze gevolgen gehad voor cliënten en kwaliteit van zorg. Medewerkers hebben gedemotiveerd de zorg verlaten.” Een andere psycholoog noemt het huidige systeem “een arrogant giftig systeem dat cliënten breekt”. Een cliënt die zelf in een woonzorgcentrum verblijft en ervaringsdeskundige is, sluit zich hierbij aan en noemt marktwerking in de zorg “überhaupt zeer discutabel”.

Verfijning van het systeem

Tegenover de brede coalitie van tegenstanders staat een lokale VVD-bestuurder die ook voorzitter van de raad van toezicht van een zorginstelling is en brede bestuurservaring heeft in de zorg. Hij verdedigt de gereguleerde marktwerking als een instrument om “kwaliteit en efficiëntie in de zorg te bevorderen”. Volgens hem zijn de huidige knelpunten, zoals de lange wachtlijsten, niet primair het gevolg van de financieringssystematiek, maar van een complex van factoren zoals personeelskrapte en gebrekkige samenwerking. In plaats van het stelsel af te schaffen, pleit hij voor “verfijning van het bestaande stelsel: meer ruimte voor samenwerking, betere triage, digitalisering en regionaal maatwerk.”

“De ervaring leert dat overheidsdominantie niet vanzelf leidt tot betere toegankelijkheid of lagere kosten. In plaats van het loslaten van marktwerking, zou de focus moeten liggen op verfijning van het bestaande stelsel: meer ruimte voor samenwerking, betere triage, digitalisering en regionaal maatwerk.”

2 REACTIES

  1. Ik wil als voormalig GGZ-bestuurder toevoegen dat destijds, zo’n 20 jaar geleden, er een congres was belegd door GGZ Nederland met als dagvoorzitter Frenk van der Linden, de bekende journalist. Dit congres ging over de invoering van de DBC-systematiek, om hiermede de marktwerking te kunnen realiseren. Hoofdargument was destijds om een grote bezuiniging in de toenmalige AWBZ te vermijden.
    Op de vraag van Frenk wie voor en wie tegen de invoering van DBC’s was, stak ongeveer de hele zaal met GGZ-bestuurders, waaronder ik zelf, zijn hand op om tegen te stemmen.
    Mijn verbazing – en niet alleen die van mij – was groot dat er totaal geen reactie kwam van het bestuur van GGZ Nederland op deze negatieve stemming. Men ging gewoon onverstoord (mooie term trouwens voor de GGZ) door met de ingeslagen – heilloze – weg !!
    Hans Kevenaar

  2. Lees alle reacties
  3. Beste lokale VVD-bestuurder die ook voorzitter van de raad van toezicht van een zorginstelling is en brede bestuurservaring heeft : u praat onzin.
    “Uitpluizen: De illusie van de zorgmarkt en de noodzaak van publieke regie
    Het debat over de toekomst van de Nederlandse zorg wordt verlamd door een reeks hardnekkige, maar feitelijk onjuiste frames.

    De argumenten die voorstanders van de markt aanvoeren – de waarde van concurrentie, de garantie van keuzevrijheid en de vrees voor een ‘logge overheid’ – zijn geen realistische beschrijvingen, maar ideologische schrikbeelden die de werkelijkheid op zijn kop zetten.

    BANG-MA-KE-RIJ dus.

    Een feitelijke analyse van de afgelopen decennia toont niet het succes van de markt, maar juist de noodzaak van een fundamentele terugkeer naar publieke regie.

    1. De paradox van concurrentie: georganiseerd wantrouwen als systeemfout

    De kern van het huidige stelsel, concurrentie, wordt gepresenteerd als een middel voor efficiëntie.

    De realiteit is dat het is verworden tot een doel op zich dat efficiënte, doelmatige samenwerking actief bestraft.

    Het meest destructieve voorbeeld is de boete die de NMa uitdeelde aan huisartsen voor regionale afstemming.

    Wat in essentie publieke zorgplanning was om de continuïteit te waarborgen, werd gebrandmerkt als illegale “marktverstoring”.

    Het gevolg is een systeem gebaseerd op georganiseerd wantrouwen, met een angstcultuur en structurele verlamming als resultaat.

    De huidige patiëntenstops en regionale tekorten zijn geen incidenten, maar het logische en voorspelbare eindpunt van een beleid dat concurrentie boven het collectieve belang van een functionerende zorginfrastructuur plaatst.

    2. De Mythe van keuzevrijheid: De vrijheid om in de wachtrij te staan

    Voorstanders van de markt claimen het monopolie op ‘keuzevrijheid’.

    Dit is de meest hardnekkige mythe.

    Echte keuzevrijheid is niet de vrijheid om een polis te kiezen, maar de garantie dat je de zorg krijgt die je nodig hebt, wanneer je die nodig hebt.

    Juist die garantie is door de marktwerking systematisch ondermijnd:

    De “vrije keuze” voor een huisarts is een illusie als 59% van de praktijken een patiëntenstop hanteert.

    De “vrije keuze” voor een behandeling wordt beperkt door de polisvoorwaarden en de contracten die de verzekeraar – niet de patiënt of arts – heeft afgesloten.

    De paradox is dat centrale regie de voorwaarde is voor echte keuzevrijheid.

    Alleen door publieke planning en het garanderen van voldoende capaciteit en een eerlijke spreiding, kan de toegankelijkheid worden verzekerd die aan elke keuze voorafgaat.

    Het huidige systeem biedt geen keuzevrijheid, maar de vrijheid om te verdwalen in een vastgelopen systeem.

    3. De ‘Logge overheid ? ‘: Een profetie die de markt zelf vervult

    Het schrikbeeld van een ‘logge overheid’ – gekenmerkt door excessieve bureaucratie, demotivatie van professionals en ‘afvinklijstjes’ – is ironisch genoeg de meest accurate beschrijving van het huidige marktstelsel.

    De administratieve last: De concurrentielogica vereist een gigantische en kostbare bureaucratie van contractering, declaraties, en controlemechanismen tussen duizenden partijen. Deze administratieve rompslomp, die zorgverleners van hun eigenlijke werk houdt, is een direct product van de markt, niet van de overheid.

    Het verlies van beroepseer: Zorgprofessionals worden niet gedemotiveerd door een abstracte overheid, maar door de zeer concrete, technocratische sturing van verzekeraars. Hun professionele autonomie wordt ingeruild voor stelseldiscipline, waarbij ze moeten voldoen aan productie-eisen en indicatoren die de menselijke maat uit het oog verliezen.

    De ‘logge overheid’ is geen toekomstig risico, maar de dagelijkse realiteit die door de markt zelf is gecreëerd.

    Conclusie: Tijd voor een dialoog zonder oogkleppen

    Het Nederlandse zorgstelsel is een wereldwijde uitzondering.

    Het vasthouden aan de marktideologie is geen teken van wijsheid, maar van het negeren van de feiten.

    De roep om een centraal, publiek gestuurd systeem is geen “valse nostalgie” of “populisme”, maar een rationele en breed gedragen conclusie na jaren van systeemfalen.

    Het is een oproep om de zorg te bevrijden van de disfunctionele marktlogica en deze terug te geven aan haar kerntaak: het bieden van toegankelijke, solidaire en kwalitatief hoogstaande zorg voor iedereen.

    De vraag is niet óf we moeten veranderen, maar hoe we de transitie naar een efficiënter en rechtvaardiger stelsel vormgeven.”
    Voor meer feitelijke onderbouwing, geachte lokale VVD-bestuurder die ook voorzitter van de raad van toezicht van een zorginstelling is en brede bestuurservaring heeft:
    Google maar eens op duurzame zorg jimdo voor meer FEITEN, links, en onderbouwing.

Geef uw reactie

Om te kunnen reageren moet u ingelogd zijn. Heeft u nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.