‘Luchtfietserij’. Zo noemden de heer Groot en mevrouw Maassen van den Brink het debat over het wetsvoorstel verbod winstuitkering zorgverzekeraars in het verleden. Toch stemden – met uitzondering van de VVD – alle partijen in de Tweede Kamer voor het wetsvoorstel.

Inmiddels is het wetsvoorstel, na adviezen van de NZa en DNB, verbeterd. En – heel verrassend – opnieuw raden Groot en Maassen van den Brink de Tweede Kamer aan om het wetsvoorstel te verwerpen. Hierbij voeren ze opnieuw dezelfde discussie en lijken ze opnieuw voorbij te gaan aan het belang van deze wet voor de samenleving. De noodzaak voor een verbod op winstuitkering staat namelijk nog steeds als een paal boven water. Geld van premiebetalers moet naar de zorg gaan en niet verdwijnen in de zakken van aandeelhouders.

Winstuitkering premiegeld is niet rechtvaardig

Groot en Maassen van den Brink herhalen hun oude argumenten om winstuitkering vooral wél toe te staan. Ze redeneren alsof zorgverzekeraars behandeld zouden moeten worden zoals ieder ander bedrijf. Maar welk bedrijf kan rekenen op wettelijk verplichte inkomsten via de zorgpremie en welk bedrijf ziet zijn risico’s netjes weggewerkt via een uitgebreid vereveningssysteem? Laten we het daarom omdraaien: winstuitkering van premiegeld is per definitie niet rechtvaardig, omdat het publiek geld laat verdwijnen in private zakken.

Verbod op winstuitkering is overbodig

Voor de meeste zorgverzekeraars geldt dat het verbod op winstuitkering overbodig is. Zij hebben geen winstoogmerk en sluiten winstuitkering daarom uit. Bovendien is er zonder aandeelhouders bij hen helemaal geen behoefte aan vreemd vermogen. Voor hen maakt het wetsvoorstel dus feitelijk geen verschil.

Slechts één verzekeraar mét aandeelhouders voert een felle campagne tegen het verbod op winstuitkering. Moeten we dan alles maar in het werk stellen om deze zorgverzekeraar te faciliteren om winst te kunnen uitkeren? Moet de politiek het belang van deze ene zorgverzekeraar verheffen boven het algemene belang? Ik dacht het niet.

Maarten Hijink, Tweede Kamerlid SP, woordvoerder zorg