Dennis van Veghel, directeur van de NHR: “Het oprichten van de NHR heeft gezorgd voor meer eenduidigheid. Eerst waren er drie losse organisaties. Dankzij de fusie hebben we op veel niveaus standaardisatie kunnen invoeren. In een iets grotere organisatie kun je ook efficiënter werken. Daardoor zijn de kosten flink gedaald.”

Besparing en duidelijkheid

Een belangrijke verandering binnen de NHR was het samenbrengen van specialismen, wat het bundelen van registraties rond ziektebeelden mogelijk maakt. “Dat zorgt voor een besparing, maar ook voor duidelijkheid. Als een patiënt eerst door een thoraxchirurg wordt behandeld en daarna door een cardioloog, is dat een belangrijke uitkomst die je wilt meten. Als je op specialisme meet, mis je dat overzicht omdat de patiënt in twee verschillende registraties ‘verdwijnt’. Het bundelen beperkt de registratielast voor de ziekenhuizen en geeft overzicht.”

Stabiele basis

Na drie jaar staat er volgens Van Veghel een stabiele basis. “Ik denk wel dat we daarmee klaar zijn. Maar we kijken natuurlijk alweer verder. Onze focus ligt op hartziekten. We kijken nu nog alleen in de ziekenhuizen, maar we willen ook graag huisartsen en bijvoorbeeld trombosediensten bij de NHR betrekken, zodat bij relevante aandoeningen de verbeterinformatie in de hele zorgketen te gebruiken is.”

Ook op het terrein van onderzoek heeft de NHR volop plannen. “We zien grote mogelijkheden om, naast de reeds bestaande mogelijkheden voor retrospectief onderzoek, prospectief onderzoek te combineren met kwaliteitsregistraties. Dat kan in de nabije toekomst onder andere door de initiatie van registry based randomized clinical trials. Deze mogelijkheden bouwen we op in samenwerking binnen de DCVA.  Daarnaast willen we de data vanuit DHD en Vektis beschikbaar maken voor de registratiecommissies.  Ook willen we door beelden vanuit interventies te combineren met registraties het mogelijk maken om met AI nog meer te kunnen gaan leren over welke stappen in het zorgproces van invloed zijn op de uitkomsten.”

Leren van data

Alle ziekenhuizen in Nederland leveren gegevens aan bij de NHR. En op dit moment nemen 23 van de 30 centra die dotters uitvoeren, waarbinnen veertien van de zestien hartcentra, deel aan het VBHC-programma waarin ze hun resultaten transparant publiceren. Van Veghel: “Alleen met data verzamelen ben je er niet. Het gaat er veel meer om dat we de data gebruiken om van te leren.”

Registratiecommissies

“Wat de NHR van grote waarde maakt, zijn de registratiecommissies. Daarin komen artsen uit de deelnemende ziekenhuizen bij elkaar om de resultaten en de onderliggende zorgprocessen te bespreken. Data verzamelen is natuurlijk prachtig, maar dit is waar het echt om gaat. Bijvoorbeeld zestien cardiologen of cardiochirurgen uit zestien hartcentra die bij elkaar komen om samen te verbeteren. Dat is een unieke structuur en daar doen we het allemaal voor.”

Op 27 november vindt het NHR-symposium 2020 plaats, schrijf u hier in