Het ministerie raamt dat de ziektekostenpremie voor het basispakket kan dalen van gemiddeld 1250 tot 1226 euro. Deze zogenoemde rekenpremie is belangrijk voor de zorgverzekeraars omdat ze die gebruiken als richtsnoer voor de berekening van hun ziektekostenpremies. De inkomensafhankelijke ziektekostenpremie daalt van 7,75 procent naar 7,5 procent; de AWBZ-premie blijft gehandhaafd op 12,65 procent. Het eigen risico stijgt van 350 naar 360 euro.
Effecten van overheveling
Volgens bestuursvoorzitter Erno Kleijnenberg van zorgverzekeraar ONVZ is het geen uitgemaakte zaak dat de nominale premie voor 2014 daalt. ‘Ik vind het prettig dat de rekenpremie wordt verlaagd, maar wij zien nog steeds dat de zorgkosten blijven stijgen. We moeten bestuderen wat de effecten zijn van de zorg die wordt overgeheveld uit de AWBZ. Temeer daar dit gepaard gaat met kortingen’, aldus Kleijnenberg. Hij noemt het ‘belangrijk’ dat de restitutiepolis blijft bestaan. In het regeerakkoord zou die worden afgeschaft. ‘Dat is nu van de baan en dat is een goede zaak. Wij hechten aan een vrije artsenkeuze.’
‘In lijn met verwachtingen’
De afschaffing van de werelddekking buiten Europa is met een jaar uitgesteld. Vanwege uitvoeringsproblemen lukt dat niet in 2014. De maatregel gaat wel door. Verder blijven aandoeningen met een lage ziektelast in het verzekerde pakket. Richard Janssen, lid van de raad van bestuur van ggz-instelling Altrecht vindt dat een ‘goed bericht’ voor verzekerden. ‘Dit zou met name gevolgen hebben voor mensen met ggz-aandoeningen.’ Verder valt hem op dat de bestuurlijke akkoorden ‘zijn gerespecteerd’. ‘Het beleid is in lijn met de verwachtingen.’