Hans Romijn blijft bestuursvoorzitter van het AMC en is vicevoorzitter bij VUmc, Wouter Bos blijft bestuursvoorzitter bij VUmc en is vicevoorzitter bij AMC. Ook in de twee raden van toezicht nemen dezelfde, zeven mensen zitting. Wim Kuijken is voorzitter van beide raden van toezicht.
Samenstelling
Elk umc kent nog steeds een eigen raad van bestuur, maar in beide huizen nemen daarin wel dezelfde vijf mensen plaats: Hans Romijn, Wouter Bos, Frida van den Maagdenberg, Chris Polman en Mark Kramer. Maas Jan Heineman, de derde bestuurder van het AMC, is net met pensioen gegaan. Zijn plek wordt niet opgevuld. Twee dagen per week zitten de bestuurders bij elkaar. De ene dag in het AMC, de andere in VUmc.
Uitdagingen
De nieuwe raad van bestuur staat voor grote uitdagingen. Afdelingen moeten verhuizen, er vinden constant transities plaats en protocollen moeten worden gelijkgesteld. Vooraf aan elke beweging van patiënten wordt een risico-analyse gemaakt waardoor de kwaliteit van de patiëntenzorg gewaarborgd moet blijven.
Apart
In juridische zin, blijven AMC en VUmc aparte entiteiten. De beide umc’s houden hun eigen contracten met medewerkers en overeenkomsten met leveranciers. Ook contracten met banken en verzekeraars worden door de afzonderlijke instellingen afgesloten, en beide ziekenhuizen houden een aparte jaarrekening.
Verschuiving
De samenwerking zal vooral plaatsvinden op het gebied van patiëntenzorg en wetenschappelijk onderzoek. De eerste verschuivingen in het zorgaanbod vinden naar verwachting dit najaar plaats, te beginnen met de Intensive Care kinderen. Deze zorg verschuift naar de locatie AMC. Daarna volgt oncologie. Deze zorg verschuift naar de locatie VUmc.
Personeel
AMC en VUmc hebben een gezamenlijk sociaal beleidskader afgesproken met de bonden. Medewerkers behouden werk en er vallen geen gedwongen ontslagen in de komende vijf jaar. Medewerkers kunnen wel gevraagd worden om mobiel te zijn, bijvoorbeeld als afdelingen samengaan.
Studies
De afzonderlijke studies geneeskunde blijven bestaan, die zijn gelieerd aan de twee Amsterdamse universiteiten: de Universiteit van Amsterdam en de Vrije Universiteit. De driejarige bacheloropleidingen blijven volledig gescheiden. De masteropleidingen (coassistentfase) gaan in de loop van de jaren veranderen; als medische specialismen op één van beide locaties zijn geconcentreerd, kunnen de betreffende coassistentschappen van beide studies namelijk alleen daar worden aangeboden. De onderzoeksinstituten van de umc’s zijn al geïntegreerd.