De organen zijn afkomstig van 251 overleden donoren. Er werden 737 postmortale orgaantransplantaties uitgevoerd. Daarnaast waren er 488 transplantaties met organen van levende donoren. De meesten van hen stonden een nier af.
Weefelstranplantaties
Ook het aantal transplantaties met weefsel van postmortale donoren (hoornvlies, bot, hartkleppen en vaten) steeg met bijna 13 procent naar 3163. Het aantal weefseldonoren nam in 2012 licht af met 3 procent naar 1788.
Wachtlijst
Op 1 januari 2013 staan er 1286 mensen op de wachtlijst voor een donororgaan. Een jaar geleden was dat 1311. De wachtlijst voor nier- en longtransplantatie is afgenomen. Er staan wel wat meer mensen op de wachtlijst voor een lever- of harttransplantatie. Ook voor hoornvliezen bestaat een wachtlijst. Op 1 januari 2013 wachten 730 mensen op een hoornvliestransplantatie. Deze wachtlijst is gedaald met 12 procent, ondanks de afname van de weefseldonoren. Dit komt onder andere doordat er in 2012 op het totaal aantal hoornvliesdonoren procentueel meer hoornvliezen zijn goedgekeurd voor transplantatie dan in 2011.
Verbeteringsproces
Directeur Haase van de Nederlandse Transplantatie Stichting hoopt dat de stijging van het aantal donoren en transplantaties van de afgelopen jaren het begin is van een langdurige trend. ‘We hebben samen met de ziekenhuizen en het ministerie van VWS veel geïnvesteerd in het verbeteren van het donatieproces en in voorlichting. Het lijkt erop dat alle inspanningen in het kader van het Masterplan Orgaandonatie nu hun vruchten afwerpen.’
Masterplan Orgaandonatie
Om het aantal orgaandonoren te vergroten, is het Masterplan Orgaandonatie opgesteld. De afgelopen jaren voerden de donatieregio’s in het kader van dit Masterplan verschillende pilots uit. In 2012 zijn de succesvolle elementen uit de pilots van Groningen en Leiden landelijk ingevoerd. Het gaat om een nieuwe structuur van het donatieproces in de ziekenhuizen en om het Zelfstandig Uitname Team. Twee andere pilots lopen nog door in 2013. Deze richten zich op de verbetering van de communicatie tussen de intensive care afdelingen in de regio (Amsterdam) en op vergroting van het donorpotentieel, onder andere door verhoging van de leeftijdsgrens voor donatie (Maastricht).