De VNG trok twee weken geleden aan de bel bij Ross, omdat de huishoudelijke verzorging in 2006 explosief is gestegen en het budget voor gemeenten is gebaseerd op 2005. Ze vrezen daardoor in financiële problemen te komen.
Brandbrief
Staatssecretaris Ross beloofde vorige week in de Tweede Kamer dat gemeenten genoeg geld krijgen om de WMO uit te voeren. Maar 31 grootste gemeenten, verenigd in de G4 en de G27, zijn er niet gerust op. In een brandbrief aan het kabinet wijzen ze erop dat gemeenten het extra geld voor de WMO pas in 2009 krijgen, terwijl ze ook in 2007 waarschijnlijk met een grote stijging van de huishoudelijke zorg krijgen te maken.
Frictiebudget
Maar volgens de VNG hoeven gemeenten zich geen zorgen te maken, omdat VWS een ‘frictiebudget’ instelt voor de meerkosten die gemeenten in 2007 maken. Dat budget is gebaseerd op het verschil in kosten voor de huishoudelijke zorg in 2006 en 2005.
Verschil van inzicht
Het verschil van inzicht tussen VNG en de grote gemeenten zit in de financieringssystematiek voor de WMO, stelt Jetty Voermans, VNG-projectleider WMO. De G31 wil de kosten het liefste direct declareren bij het Rijk, terwijl de VNG inzet op een doeluitkering via het gemeentefonds. Die laatste oplossing geeft gemeenten meer beleidsvrijheid, maar ze lopen wel meer financieel risico bij de uitvoering. De G31 wil geen financiële risico’s. (ZorgVisie – Bart Kiers)
Lees ook:
– Explosieve stijging huishoudelijke zorg
– Inspectie gaat thuiszorg controleren