Gemeenten zijn gestart met het inkoopproces voor de Wmo 2015. Buurtzorg Nederland en Opella merken al dat cliënten vaker zelf de huishoudelijke hulp moeten betalen.
Er is al vaker gesproken over het zogenaamd oormerken van gelden, dit brengt echter zo’n administratieve rompslomp met zich mee dat men hier niet aan wenst te beginnen.
De oplossing is tweeerlei:
Aan de ene kant moeten de gemeenten geld, dat voor hulp en zorg bedoeld is daar ook voor gebruiken. Er zou een zekere vorm van controle op moeten plaatsvinden.
Aan de andere kant kan en mag het niet zo zijn, dat het rijk de gemeenten op kosten jaagt en zelf mooi weer speelt met bezuinigingen, die geen bezuinigingen blijken te zijn.
Algemeen geldt, dat beter betaalden ook beter werk leveren. Dat geldt voor de hier in de kantlijn genoemde CAO V&V alswel voor de huishoudelijke hulpen, die een speelbal zijn geworden tussen gemeente en rijk.
De te grote, want te snel gegroeide, organisaties voor huishoudelijke en andere hulp zullen het niet redden de komende twee jaren, omdat ze te snel teveel gewild hebben de afgelopen 1,5 jaar.
Uiteindelijk zullen we allemaal (alle organisaties in de gezondheidszorg) een weg moeten vinden, die gebaseerd is op een win-win situatie voor alle betrokkenen, zowel de organisaties alswel de medewerkers.
Curadomus Int. bv biedt een dergelijke oplossing.
Peter Jan Visee
Tja, het geeft maar aan dat afspraken met Van Rijn in zorgakkoorden geen enkele zin hebben. Gemeenten mogen doen wat ze willen en gebruiken het extra geld dat ze voor huishoudelijke hulp hebben gekregen ergens anders voor.
Er werken ruim 1,3 miljoen mensen in de zorg- en welzijnssector. Het grootste deel daarvan werkt in de ouderenzorg, gevolgd door de ziekenhuiszorg en de gehandicaptenzorg. Belangrijke personeelskwesties zijn de werkdruk, tekorten op de arbeidsmarkt voor zorgpersoneel en ruimte voor zijn professionaliteit.
Er is al vaker gesproken over het zogenaamd oormerken van gelden, dit brengt echter zo’n administratieve rompslomp met zich mee dat men hier niet aan wenst te beginnen.
De oplossing is tweeerlei:
Aan de ene kant moeten de gemeenten geld, dat voor hulp en zorg bedoeld is daar ook voor gebruiken. Er zou een zekere vorm van controle op moeten plaatsvinden.
Aan de andere kant kan en mag het niet zo zijn, dat het rijk de gemeenten op kosten jaagt en zelf mooi weer speelt met bezuinigingen, die geen bezuinigingen blijken te zijn.
Algemeen geldt, dat beter betaalden ook beter werk leveren. Dat geldt voor de hier in de kantlijn genoemde CAO V&V alswel voor de huishoudelijke hulpen, die een speelbal zijn geworden tussen gemeente en rijk.
De te grote, want te snel gegroeide, organisaties voor huishoudelijke en andere hulp zullen het niet redden de komende twee jaren, omdat ze te snel teveel gewild hebben de afgelopen 1,5 jaar.
Uiteindelijk zullen we allemaal (alle organisaties in de gezondheidszorg) een weg moeten vinden, die gebaseerd is op een win-win situatie voor alle betrokkenen, zowel de organisaties alswel de medewerkers.
Curadomus Int. bv biedt een dergelijke oplossing.
Peter Jan Visee
Tja, het geeft maar aan dat afspraken met Van Rijn in zorgakkoorden geen enkele zin hebben. Gemeenten mogen doen wat ze willen en gebruiken het extra geld dat ze voor huishoudelijke hulp hebben gekregen ergens anders voor.