Artikel bewaren

U heeft een account nodig om artikelen in uw profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties1

‘Nadeelcompensatie Havermans leidt tot getouwtrek’

Minister Klink van VWS neemt het advies van de commissie-Havermans over nadeelcompensatie in grote lijnen over. Biedt de minister de gevraagde duidelijkheid over kapitaallasten? Zorgvisie peilt de reactie in de sector.
'Nadeelcompensatie Havermans leidt tot getouwtrek'

Op 1 januari van dit jaar ging het nieuwe bouwregime in. Hiermee staat de overheid niet meer garant voor de kosten van nieuwbouw, maar moeten ziekenhuizen deze zogeheten ‘kapitaallasten’ terugverdienen uit de behandelingen die zij geven. De commissie adviseert deze omslag in regelgeving niet in een keer, maar in fases te laten plaatsvinden om zo de lasten te spreiden. Waar de commissie vindt dat dit in drie a vier jaar zou moeten, schrijft minister Klink in zijn begeleidende brief dat dit ook in drie jaar kan. Lees hier het rapport:

Peter de Kubber, bestuursvoorzitter Jeroen Bosch Ziekenhuis:

“Wij hebben met een aantal andere ziekenhuizen gestreden voor een regeling omdat we in de problemen dreigden te komen. Het is een beetje zuur dat juist wij nu het kind van de rekening dreigen te worden. Ons nieuwe gebouw gaat open in 2011 en vanaf dan kunnen we pas profiteren van de overgangsregeling. Maar gezien de periode van drie jaar die minister Klink nu heeft voorgesteld, is die regeling dan net ten einde. Op zich ben ik voorstander van de nieuwe kapitaalslasten financiering. Ziekenhuizen die over een jaar of vijf aan nieuwbouw toe zijn, kunnen nu sparen en kapitaal opbouwen. Wij hebben de afgelopen jaren niet kunnen sparen omdat alleen de werkelijke kapitaalslasten vergoed werden. Dezelfde problematiek geldt voor nog zo’n zeven andere ziekenhuizen. Voor die specifieke situatie zou de NZa nu meteen een regeling moeten treffen. Wat mij betreft kan de hardheidsclausule meteen worden toegepast.”

Jaap van den Heuvel, bestuurder Reinier de Graaf ziekenhuis:

“Voor individuele ziekenhuizen blijft er veel onduidelijk en dat kost altijd geld. Banken en verzekeraars rekenen extra geld voor onzekerheid . We beraden ons op juridische stappen. We worden extra benadeeld omdat we als ziekenhuis dat nog moet gaan bouwen nauwelijks kunnen profiteren van de overgangsregeling van drie jaar, terwijl we wel een vergunning hebben volgens de regels van het oude bouwregime. Als we veel minder terugkrijgen dan ziekenhuizen die al klaar zijn met bouwen, schaadt dat onze concurrentiepositie. Ik voorspel dat dit op juridisch getouwtrek zal uitmonden.”

Marjanne Sint, bestuurder Isala Klinieken:

“Ik vind het rapport redelijk ontoereikend. Wij gaan nog bouwen en kunnen daarom niet profiteren van de overgangsregeling die tot 2011 geldt. Wat er daarna gebeurt met de kapitaallasten is niet duidelijk. Bestaat het a-segment dan nog en wordt er dan nog nagecalculeerd? Ik begrijp wel dat de minister niet over zijn graf wil regeren, maar als ziekenhuisbestuurder kan ik niet anders. We gaan financiële verplichtingen aan voor tientallen jaren.”

Ludo Jansen, bestuurder Orbis Medisch en Zorgconcern:

“Een streefsolvabiliteit van vijftien procent is minimale voorwaarde voor de financiering van de bouw van ziekenhuizen. Deze conditie, die alleen maar is versterkt door de kredietcrisis, is een langjarig perspectief dat op korte termijn moet worden opgelost. De commissie-Havermans en de minister geven die oplossing niet.”

Michiel van Schaik, directeur gezondheidszorg Rabo-bank:

“We zijn teleurgesteld dat de overheid geen middelen ter beschikking stelt waarmee zorgorganisaties hun eigen vermogen kunnen opbouwen. Dat is met gemiddeld tien procent aan de magere kant. Dat betekent dat ze bij nieuwbouw voor negentig procent zijn aangewezen op vreemd vermogen. Dat is veel meer dan in andere sectoren gebruikelijk is. Zorgorganisaties zullen dus zelf hun vermogenspositie moeten verbeteren. Verder vinden we dat de overgangsregeling die de commissie voorstelt ziekenhuizen voldoende de tijd geeft om de bakens te verzetten. Het risico blijft beperkt tot het b-segment, dat is ongeveer een derde van hun budget. Als ziekenhuizen met goede bouwplannen komen, blijven ze gewoon financierbaar. We zijn onlangs nog in een groot bouwproject gestapt tegen redelijke tarieven.”

Maike Krommendijk, woordvoerster Zorgverzekeraars Nederland:

“Het is lastig om een eenduidig standpunt te geven want elke zorgverzekeraar maakt individueel afspraken over zorginkoop. Lange termijnafspraken kunnen soms gunstig zijn, maar in veel gevallen juist niet. Het maakt zorgverzekeraars minder flexibel. Je kunt je afvragen of zorgverzekeraars en verzekerden zich langdurig moeten vastleggen vanwege de kapitaallasten van ziekenhuizen. Ook de onduidelijkheid die er nu nog bestaat, maakt het voor zorgverzekeraars niet erg aantrekkelijk hieraan mee te werken.”

Stephanie Juranek, woordvoerster Achmea:

“Voor het b-segment is er nu een overgangregime. Maar de uitvoering maakt onderhandelingen nog complexer en het voorstel bied nog geen integrale oplossing. Achmea is voorstander van een scenario waarin in een klap duidelijkheid wordt verschaft over totale compensatie. Dit versterkt het investeringsklimaat. Investeringen zijn namelijk niet te splitsen tussen a-segment en b-segment. Omdat compensatie voor a-segment nog niet duidelijk is, betekent dat er nog steeds onduidelijkheid blijft.” (Zorgvisie – Bart Kiers en Carina van Aartsen)

Lees ook:

Commissie Havermans komt met rapport

Havermans maakt compensatie bouwregime ruimer

Havermans voorzitter bouwcommissie ziekenhuizen

Rapport Havermans geeft geen uitsluitsel

1 REACTIE

Geef uw reactie

Om te kunnen reageren moet u ingelogd zijn. Heeft u nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.