Artikel bewaren

U heeft een account nodig om artikelen in uw profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties3

Betuttelende regeldruk in dementiezorg neemt toe

Redacteur Zorgvisie en Skipr.
Talloze vinkjes zetten, administratieve rompslomp en een te hoge werkdruk in verpleeghuizen. Het verminderen van de regeldruk in de zorgsector staat dit en volgend jaar hoog op de agenda. Ook de Herbergier, een regelarme zorgformule voor dementerende ouderen, ervaart de druk door toenemende regelgeving. ‘Laten we ons blijven richten op wat de patiënt nodig heeft, in plaats van voortdurend grote zorgsystemen te ontwikkelen waar heel Nederland aan moet voldoen’, aldus zorgondernemer Carlo Onderstal.
Herbergier
‘Het risico van alle regelgeving is dat het je vervreemdt van datgene waar het om draait: de patiënt', aldus Carlo Onderstal. Foto: Laura van Elst

De Herbergier is een kleinschalige woonformule waar ouderen met dementie een zo normaal mogelijk leven leiden. De visie van de Herbergier is dan ook om regelarm te zijn zonder bureaucratische rompslomp, zodat de bewoner centraal staat. Daarbij moeten de zorgmedewerkers zo’n 95 procent van hun tijd besteden aan de zorg voor de bewoners. De zorgondernemers helpen mee met de verzorging van de patiënten, daarnaast zijn zij geheel verantwoordelijk voor de organisatorische taken.
Onderzoeksjournalist Ivo van Woerden liep voor zijn boek Undercover in de Ouderenzorg een dag mee bij de Herbergier. Hij zag in de reguliere zorg dat medewerkers veel tijd kwijt zijn aan administratie, ‘waardoor persoonlijke aandacht erbij inschiet’. Maar mensen hebben naast een schone luier ook behoefte aan contact. De Herbergier is geen grootschalige verzorgingsfabriek en daarmee een mooi voorbeeld van hoe het wel kan.’

Toenemende regeldruk

Toch merkt ook een regelarme formule als de Herbergier dat de regelgeving toeneemt. Onder het AWBZ-regime waren zorgondernemers voorheen vrijer in hun beleid. ‘Vroeger waren een heleboel dingen niet geregeld via de wet’, aldus Claudia van der Toorn, voorzitter van de franchiseraad van de Herbergier. ‘Met de invoering van de Wlz is er veel meer regeldruk gekomen.’
Van der Toorn ziet dit tot uiting komen in een eindeloze stroom aan zorgplannen, Arbo-inventarisaties, legionellabestrijding, formulieren invullen en incidentenbestrijding. Ook stoort zij zich aan de recent gewijzigde klachtenregeling waarbij de zorgondernemers zich bij een onafhankelijke commissie moeten aansluiten. ‘Het zijn onhandelbare richtlijnen die alleen maar geld kosten. Geld dat veel beter besteed kan worden aan de bewoners. Iemand wordt niet beter gewassen door een formuliertje’, aldus Van der Toorn.
Carlo en Marleen Onderstal zijn zorgondernemers van de Herbergier Reeuwijk. Zij begrijpen enerzijds de toenemende regelgeving. ‘Je moet een heleboel dingen gewoon aantoonbaar op orde hebben. Denk aan het medicijnbeleid’, zegt Carlo Onderstal. Zijn vrouw Marleen vult hem aan: ‘Als je aan kwaliteitsnormen wilt voldoen, moet je ook aan regels voldoen. Als je daar eenmaal in hebt geïnvesteerd, kost het je ook niet meer zo veel tijd.’

Betutteling

Toch zien ook Carlo en Marleen het negatieve effect van doorgeslagen regelgeving. Zo werkt de IGJ fanatiek aan incidentenbestrijding. ‘In heel Nederland moet van alles aangepast worden om risico’s te beperken’, aldus Van der Toorn. Toen een bewoner van de Herbergier zich aan een warme douchekraan brandde, moesten alle kranen op alle Herbergierlocaties vervangen en vergrendeld worden. ‘Dat vind ik wel betuttelend en rigoureus. Als je tachtig bent, mag je dus niet meer zelf bepalen hoe warm je wilt douchen?’, aldus zorgondernemer Marleen Onderstal.
Van der Toorn wijst op een aantasting van individuele vrijheid. ‘Een warmwaterkraan vormt niet voor iedereen een risico. De inspectie kijkt slechts naar het mogelijke risico en niet naar het individu. Men probeert alle risico’s te vermijden, maar als je dat doet, neem je ook een stukje levensvreugde weg.’
Marleen Onderstal is het daarmee eens en benadrukt het belang om een demente bewoner gewoon mens te laten zijn. ‘Je kan mensen niet in een gevangenis plaatsen. Het is jammer dat de overheid altijd doorslaat als het om veiligheid gaat. Het lijkt alsof veiligheid boven welbevinden gaat.’

Actie

Om niet verzeild te raken in bureaucratische poespas, komt Van der Toorn namens de zorgondernemers in actie. Zo gaat zij frequent met VWS en de IGJ om de tafel zitten om te kijken naar inspectie op maat voor kleinschalige woonvormen zoals de Herbergier. Ook hebben de ondernemers de werkgroep Kwaliteit opgericht om met de overheid samen te werken en om aan de bel te blijven trekken. ‘De overheid belooft minder regels, maar het worden er stiekem steeds meer. Daarom is het van belang om de dialoog aan te gaan en samen op te trekken.’ Naast praten heeft de Drie Notenboomen een vernieuwd Intranet gelanceerd en worden er intervisiegroepen georganiseerd. ‘Dat draagt ook bij tot verlichting’, vertelt Van der Toorn.

Alternatieven

Vooralsnog merken de bewoners niets van het toenemend aantal procedures. ‘We hebben genoeg gediplomeerd personeel beschikbaar dat zorg draagt voor de bewoners’, aldus Van der Toorn. ‘Maar al die administratie komt wel op het bordje van de zorgondernemers. Ik ervaar dat als een zware last.’ Van der Toorn vreest dat ‘gekke regels’ en de kosten daarvan er uiteindelijk toe leiden dat zij handen van het bed moet halen.
Carlo en Marleen Onderstal zien het minder somber in. ‘De regelgeving beïnvloedt niet het dagelijkse werk van onze medewerkers. Zij moeten goed rapporteren over zorggerelateerde taken, maar krijgen daar niet allemaal dingen om heen. De administratie is ter ondersteuning van hun dagelijkse werk en dat is een vertrouwd gevoel.’ Hoewel Carlo en Marleen zelf wel een paar uur per dag bezig zijn met administratieve taken om de medewerkers af te schermen van onnodige administratie, geven ze toe. Bovendien zoekt het stel naar alternatieven voor toenemende regels. ‘Aan sommige regelgeving ontkom je niet en dan is het goed om praktische oplossingen te verzinnen’, aldus Marleen.

Taak voor de overheid

Ondanks de toenemende regeldruk zien de zorgondernemers de toekomst rooskleurig in. Volgens Carlo Onderstal is het belangrijk om regels te relativeren en daar niet te veel door geleid te worden. ‘Wij verwachten niet dat wij zullen omkomen in de regels, maar als het aantal regels toeneemt, zullen wij naar alternatieven blijven zoeken’, aldus Marleen Onderstal.
Toch speelt de overheid ook een belangrijke rol, vindt Ivo van Woerden. ‘De overheid moet ervoor zorgen dat verzorgingshuizen zo goed mogelijk zorg kunnen dragen voor ouderen. Als je te ver gaat met regelgeving, verdwijnt de bewegingsvrijheid en het plezier in de zorg.’  Volgens zorgondernemer Marleen Onderstal is meer bewustwording nodig bij de overheid en moet ze kijken naar de redenatie achter wet- en regelgeving. ‘Daarnaast moet de overheid meer vertrouwen hebben in gespecialiseerd verplegend personeel. Zorgmedewerkers worden zó gecontroleerd, dat het lijkt alsof de overheid gediplomeerd personeel niet vertrouwt’, aldus Marleen Onderstal.
‘Het risico van alle regelgeving is dat het je vervreemdt van datgene waar het om draait: de patiënt. Als je bezig bent met de behoeften van de bewoners, lever je kwaliteit. Laten we ons richten op wat de bewoner nodig heeft, in plaats van ons voortdurend te richten op hele grote systemen waar Nederland aan moet voldoen’, aldus Carlo Onderstal. Volgend jaar staat het verminderen van de regeldruk hoog op de agenda van minister De Jonge.


Dit artikel is onderdeel van een eindejaarsspecial op zorgvisie.nl. Morgen leest u het persoonlijke verhaal van Carlo en Marleen Onderstal, waarin zij vertellen over het leven van een zorgondernemer.


 

3 REACTIES

  1. Als zorgondernemer weet ik inderdaad dat er een regeldruk is. Echter niet alles is van de overheid. En ik voel enige vrijheid om de regels met mijn eigen kennis en kunde vrij te kunnen interpreteren. Wij zijn een zelfstandige onderneming in onder andere de ouderenzorg. Ben je onderdeel van een franchise organisatie dan komen er vanzelf regels en standaarden van de formule bij. Die hebben wij niet. Dat is wat ik ook lees: ‘werkgroep kwaliteit’ en ‘intervisiegroepen’. Dat zijn ook tijdrovende zaken.
    Wat wel een feit is dat we in het Nederland van tegenwoordig heel erg doen aan incidentenpolitiek. Als er ergens iets in de zorg gebeurd dan komen er kamervragen van de SP en moet de hele boel op de schop. Het is goed om fouten te erkennen en er actie op te doen., maar niet uit een soort van angst. Nog even en moeten we bewoners weer gaan vastbinden, in verband met valincidenten…

  2. Lees alle reacties
  3. In iedereen Herbergier is formeel iedere 3 maanden overleg met familie van de bewoner. Daarnaast zijn de lijnen zo kort dat dagelijks contact tussen familie en zorgaanbieder mogelijk is. Omdat in een Herbergier gewerkt wordt op basis van een offerte heeft de familie ( lees bewoner) maximale inspraak op zijn of naar zorg.

Geef uw reactie

Om te kunnen reageren moet u ingelogd zijn. Heeft u nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.