Bussemaker wil de gegevens hebben van een onderzoek van Bureau Zorgdesk en onderzoeksbureau AMP. Daaruit zou blijken dat het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) in vergelijkbare gevallen geen vergelijkbare hoeveelheid zorg toekent. Het onderzoek omvat tien casussen van jonge kinderen met leukemie. Het CIZ-kantoor in Grubbenvorst kende daarbij een persoonsgebonden budget toe van 36.000 euro, een indicatiesteller in Veldhoven slechts 4.000 euro. Een ander kind kreeg in Veldhoven 23.000 euro. Ook de toegekende soorten zorg en de looptijd van de indicaties verschillen sterk.
Indicatiestelling
Anouchka van Miltenburg (VVD) confronteerde Bussemaker in een algemeen overleg in de Tweede Kamer met het onderzoek. De staatssecretaris noemde de grote verschillen “onwaarschijnlijk”. Zij stelde dat indicaties niet alleen afhangen van de ziekte, maar ook van de beperkingen en van de aanwezigheid van mantelzorg. Ze wil de casussen van Zorgdesk bestuderen. “Mocht u gelijk hebben, dan zou dat zeer, zeer ernstig zijn. Echt gelijke gevallen moeten gelijk behandeld worden.”
‘Goed vergelijkbaar’
Ingeborg Knauff van Zorgdesk zegt desgevraagd dat de tien casussen goed vergelijkbaar zijn. “Natuurlijk kun je nooit een blauwdruk geven. Met tweeduizend euro verschil tussen indicaties zou ik geen moeite hebben, maar wel met 34.000 euro.” Zij vraagt de betrokkenen of ze hun aanvraag ter bestudering aan VWS mag overhandigen, maar zal dat sowieso alleen anoniem doen: “Mensen zijn bang dat ze anders hun indicatie kwijtraken.”
CIZ: ‘Maatwerk’
Het CIZ reageert bij monde van Eric Spee. Volgens hem is indicatiestellen maatwerk en kunnen de behoeftes van kinderen met leukemie sterk verschillen. “Het zou pas echt vreemd zijn geweest wanneer deze kinderen alle tien dezelfde indicaties hadden gekregen.” (Zorgvisie – Krista Kroon/Wouter van den Elsen)
Lees ook: