De Inspectie denkt dat de ‘zwarte lijst’ een louterend effect heeft. De Inspectie rekent er op dat instellingen er alles aan zullen doen om een negatieve publiciteit te voorkomen.
Geen vrijblijvendheid
Met de zwarte lijst voegt de Inspectie de daad bij het woord. In zijn Nieuwjaarstoespraak kondigde inspecteur-generaal Gerrit van der Wal al aan dat ‘de tijd van vrijblijvendheid’ voorbij is. Tot nu toe werden instellingen veelal in stilte tot verbetering gemaand. Met de publieke terechtwijzing kiest de Inspectie voor een andere koers. De betreffende instellingen worden met naam en toenaam genoemd. Ook wordt er vermeld wat er mis is. De instellingen worden pas van de lijst afgehaald als de kwaliteit van de zorg weer op orde is.
Verscherpt toezicht
De eerste vier instellingen die op de zwarte lijst staan komen allemaal uit de sector verzorging en verpleging. Het gaat om verpleeghuis Grubbeveld in Maastricht, verzorgingshuis Sint Josefoord in Nuland, woonzorgcentrum De Bron in Eijsden en verzorgingshuis Klein Rijckholt, Sint Josef in Rijckholt. De inspectie heeft de instellingen in december onder verscherpt toezicht gesteld. Van drie van de vier organisaties concludeert de inspectie dat ‘sprake is van een zeer hoog risico op onverantwoorde zorg’, voor de vierde geldt ‘dat er onvoldoende voorwaarden in de organisatie aanwezig zijn om verantwoorde zorg te kunnen leveren’. (ZorgVisie – Philip van de Poel)
Lees ook
het weblog ‘Naming and shaming’ en reageer