Kim Putters is per 1 januari 2012 benoemd tot lid van de raad van toezicht van Rijnstate. Putters zal medio 2012 de rol van voorzitter toezicht overnemen van Pauline Meurs. Zij is na twee zittingstermijnen niet meer herbenoembaar.
Putters is bestuurskundige en politicus. Namens
De kritiek hierboven moet worden genuanceerd. Kim Putters is ‘bijzonder’ hoogleraar. Dat wil zeggen dat de heer Putters niet door de universiteit wordt gefinancierd. In België bestaat een betere naam voor dezelfde functie: gasthoogleraar. De loonkosten van de heer Putters worden betaald door de Nederlandse vereniging van ziekenhuisdirecteuren (NVZD). Formeel kan deze vereniging niet bepalen wie de leerstoel krijgt, maar de praktijk blijkt weerbarstig. Mede daarom zijn de eisen aan een dergelijke functie heel anders dan aan een positie die wel door de universiteit zelf wordt gefinancierd. De academische prestaties van Kim Putters zijn voor een bijzonder hoogleraar niet bijzonder, maar met zijn prestaties zou hij normaal niet in aanmerking zijn gekomen voor een academisch gefinancierde ‘lagere’ functie zoals een universitair hoofddocentschap (UHD). Het verschil is dat een bijzonder hoogleraar wel mag optreden als promotor (hoewel de begeleiding van de promovendus veelal wordt uitgevoerd door een UD of UHD). Omdat mee publiceren gebruikelijk is leidt dit op termijn wel tot een voldoende lange publicatielijst. Omdat een bijzonder hoogleraarschap weinig tijd hoeft te vergen is er veel ruimte voor andere activiteiten. Daarom is de combinatie van functies van de heer Putters prima mogelijk.
Het is weer eens overduidelijk hoe dit soort baantjesjagers annex politici graaien voor het geld. Elsevier, vraag eens naar de tijdbelasting en wat men ervoor vangt, doe journalistiek i.p.v. je als een soort societyrubriek als Thomas Lepeltak te gedragen.
Professor, lid van de 1e kamer en nog wat en daar is allemaal tijd voor, natuurlijk door je eigen werk te delegeren en je achter je medewerkers te verschuilen aan wie het werk wordt gedelegeerd als het mis gaat. Vanuit de geschiedenis ken ik 1 goede politicus: Winston Churchill, geen enkel bijbaantje, een inkomen als parlementarier wat traditioneel niets voorstelde en zijn inkomen vergarende met lezingen en het schrijven van (goede!) boeken met hulp van personeel die hij uit zijn eigen zak betaalde. Hij heeft overigens een Nobelprijs voor de Literatuur gehad, dat zegt al voldoende, niet kort na de oorlog maar lang erna (1954 denk ik). Deze vent past in het rijtje Alders en Hermans die hem zijn voorgegaan. BAAAAAAAAAAAAAAAH
de heer Putters is wat we vroeger noemden een baantjes jager. Hoe kun je nu goed toezicht houden als je al zoveel nevenfuncties hebt. De is weer zo’n typisch binnenkamertjespolitiek voorbeeld. Paulien: Kim, ik stap op, heb jij nog wat tijd tussen de eerste kamer, het Radboud, de gemeenteraad en je ander functies. Zijn maar vier vergadering en je vangt er goed voor.
Schande.
Raden van toezicht en raden van commissarissen staan al lang bekend als een intern gericht en zichzelf in stand houdend netwerk, vaak onder strakke regie van raden van bestuur/directies. Het is niet zo maar dat regelmatig onderzoeken aantonen dat het daadwerkelijk toetsen van het gevoerde beleid ondergeschikt is aan de angst teveel op de stoel van de RvB/directie te zitten. Deze trend kun je niet doorbreken als de de oude manier van werving en selectie voor zowel een RvB/directie als een RvT/RvC in stand wordt gehouden. Echte verandering bereik je nooit als je vasthoudt aan oude gewoontes.
Is de patient van Rijnstate beter af met de heer Putters als voorzitter van de RvT? Waarschijnlijk niet, al is het alleen al omdat zij niet echt wachten op de zoveelste politicus, die ook nog eens uit de andere kant van het land komt.
Zonder een oordeel te geven over de mogelijke kwaliteit van de man: is dit wellicht weer een voorbeeld van old boys network van de PvDA.Ik dacht dat we daar afscheid van hadden genomen.
Laat het netwerken maar aan Kim over, maar het blijft de vraag of hij ook wat kan…