Wilna Wind kijkt terug op een enerverende periode. ‘De patiëntenbeweging in Nederland heeft zich de afgelopen jaren flink geroerd, en dat was nodig’, zegt Wind in een persverklaring. ‘Een ingrijpende stelselwijziging, bezuinigingen en de machtige posities van zorgaanbieders en zorgverzekeraars maken het noodzakelijk om constant de positie van de patiënt te bewaken en te verstevigen. Patiëntenorganisaties spelen daarin een sleutelrol. Ik ben daar met veel plezier onderdeel van geweest en constateer gelukkig dat we flinke stappen hebben gezet. Maar er is nog heel veel werk te doen.’
Opvolger
Gerdi Verbeet, voorzitter van de Raad van Toezicht van Patiëntenfederatie NPCF, is Wilna Wind dankbaar voor haar vasthoudendheid en haar tomeloze inzet. ‘Wilna Wind heeft een bepalende rol gespeeld’, zegt Gerdi Verbeet. ‘Daar ben ik erg trots op. Op tal van onderwerpen is de inbreng van patiënten bedongen, en dat werd hoog tijd. We kijken uit naar een opvolger die dit samen met ons wil uitbouwen, want juist nu is het van belang dat we doorpakken.’
Patiënten
In de afgelopen jaren kreeg de invloed van patiënten vaste vorm op een aantal belangrijke onderwerpen. Zo komt er eindelijk openheid van kwaliteitsgegevens, en worden deze gegevens via onder andere ZorgkaartNederland toegankelijk voor iedereen. Ook speelt de ervaring van patiënten en bewoners nadrukkelijk een rol bij het verbeteren van de verpleeghuiszorg. Ten aanzien van het vaststellen van wat goede zorg is, hebben patiëntenorganisaties inmiddels blijvend een stevige positie gekregen. Ook is inbreng van patiënten niet meer weg te denken bij wetenschappelijk onderzoek.
Plannen
Wind heeft volop plannen voor de periode na 1 september. Over haar plannen voor de toekomst zegt Wilna Wind: ‘Eerst afkicken van een prachtige organisatie met fantastische medewerkers en Raad van Toezicht. Ondertussen een paar wandelschoenen verslijten. En daarna? De tijd zal ’t leren, het zal vast weer iets maatschappelijks zijn.’ Wind werkte voor haar overstap naar de Patiëntenfederatie als Cao-coördinator bij de vakcentrale FNV. Tussen 2002 en 2005 werkte zij voor het adviesbureau Berenschot, en als commercieel directeur bij adviesbureau Basis & Beleid. In de jaren daarvoor was zij in management- en bestuursrollen actief bij FNV Bondgenoten.
Graag iemand met een bindende factor en compassie voor de zorg en zorgverlener in belang van alle patiënt/cliëntenorganisaties.
De directeur en de plaatsvervangend directeur stappen tegelijkertijd op terwijl de directeur nog geen alternatief heeft. Dat lijkt mij niet aantrekkelijk voor de organisatie en niet voor de betrokken directeur. De RvT is ook recentelijk al vernieuwd. Wat is hier aan de hand?
Het is voor de niet-vermogende ouderen te hopen dat de NPCF onder de nieuwe directeur zich harder zal maken voor behoorlijke ouderenzorg.