De uitbreiding van het bestuur was volgens de raad van toezicht nodig om de gemaakte strategische keuzes verder uit te werken en de transitie die hieruit voortvloeit, te begeleiden. Belangrijke onderwerpen die op de bestuurstafel liggen, zijn onder andere afbouw van lagere zorgzwaartepakketten, doorontwikkeling van specialisaties, ketensamenwerking en nieuwbouw Innersdijk.
Strategische focus
Drenth noemt specialisatie als essentieel onderdeel om de zorggroep duurzaam gezond te houden. Zorggroep Groningen focust zich daarom op zware zzp’s, geriatrische revalidatiezorg en de behandeling van Parkinsonpatiënten. ‘Deze focus willen we de komende jaren uitbouwen. Ik ben ervan overtuigd dat zorgorganisaties niet elke vorm van zorg meer kunnen leveren. Wij nemen daarom afscheid van de extramurale zorgverlening.’
De zorggroep gaat daarnaast intensiever samenwerken met andere zorgorganisaties. Als voorbeeld noemt Drenth de samenwerking met het UMC Groningen en het Martini ziekenhuis. Zij werken momenteel aan de realisatie van een Parkinson Expertisecentrum dat geïntegreerde multidisciplinaire zorg gaat bieden aan Parkinsonpatiënten in Groningen en Noord-Nederland. ‘De huidige zorgketen kan zo’n samenwerking alleen nog niet goed aan omdat de stromen van het zorgkantoor en de zorgverzekeraar gescheiden zijn. We zijn toch doorgegaan met dit initiatief en laten aantoonbaar zien dat de resultaten van behandeling toenemen. Zowel voor de patiënt als voor het macrobudget is dit een betere oplossing. Ook Menzis, zowel het zorgkantoor als de zorgverzekeraar, participeert nu in het project. Patiënten zijn tevreden en vinden een shortstay-verblijf vaak prettiger dan een verblijf in een ziekenhuis.’ Vanaf 1 januari 2016 krijgt de samenwerking een definitieve vorm inclusief bekostiging. De specialisten uit het UMC Groningen en het Martini ziekenhuis werken dan, samen met de specialist ouderengeneeskunde en de verzorgende van de Zorggroep Groningen, op één locatie.
Financiële resultaten
De Zorggroep behaalde in 2013 en 2014 negatieve financiële resultaten. Die zijn onder andere veroorzaakt door overproductie, legt Drenth uit. ‘We hebben rechtmatige zorg geleverd aan geïndiceerde bewoners, maar kregen een lagere productie vergoed.’ Hij wijt het productieoverschot deels aan de imperfecte marktwerking in de zorg. ‘De organisaties die het goed doen, worden daarvoor niet beloond in het huidige systeem. Neem bijvoorbeeld geriatrische revalidatiezorg. Zorgorganisaties worden afgerekend op basis van een dbc. Als wij deze weten te verkorten, met behoud van kwaliteit en cliënttevredenheid, levert dat meer productiecapaciteit op. In de huidige inkoopmodellen is het gevolg dat je minder productie krijgt toegewezen. Dit is een voorbeeld van marktimperfectie en kan leiden tot perverse prikkels.’
Nieuwbouw
Een ander aandachtspunt is de nieuwbouw van locatie Innersdijk. De oude locatie bevatte meerpersoonskamers. ‘Ter vervanging hebben we een nieuw pand laten ontwerpen met 170 plekken, afgestemd om het aantal verwachte bewoners. Gaandeweg werden wij geconfronteerd met een teruglopende productie door vereiste afbouw van de zzp’s 1 t/m 3. De plannen moesten daardoor aangepast worden tot het ontwerpen van een kleinschaliger pand. Momenteel worden we geconfronteerd met het aardbevingsrisico. De bouwlocatie bevindt zich in aardbevingsgebied. Voor dergelijke locaties gelden andere bouwregels waardoor we opnieuw alle plannen van tafel konden vegen en de gemaakte kosten moesten afboeken. Dat zijn geen kosten waar het huidige kapitaallastenvergoeding middels de normatieve huisvestingscomponent rekening mee houdt. De nieuwe bouwplannen zullen nu worden gebaseerd op de nieuwe Europese wet- en regelgeving voor constructies in aardbevingsgebieden.’
Wens van de cliënt
Binnen de organisatie staat de wens van de cliënt steeds centraler en dat is volgens Drenth een goede ontwikkeling. ‘Wij gebruiken de narratieve methode om beschrijvend verantwoording af te leggen over de zorgverlening. Niet elke cliënt heeft behoefte aan elke dag vijf minuten stofzuigen. Sommigen hebben liever een goed gesprek. In de dossiers beschrijven we waarom we iets doen of juist niet doen.’ Deze verandering binnen de Zorggroep Groningen wordt “Van vinken naar vonken” genoemd. Het gaat erom dat medewerkers niet alleen maar vinkjes op lijsten zetten, maar luisteren naar de cliënt en bedenken wat de cliënt en zijzelf willen. ‘Zorgpersoneel heeft bewust voor de zorg gekozen om een bepaalde reden. Vaak is dat niet om lijstjes af te werken.’
Vooral op het eten in de zorginstelling is Drenth trots. ‘Dat is restaurantwaardig. Cliënten zijn er erg tevreden over. Recentelijk kwam een kok namens het Dagblad van het Noorden als mystery guest ons eten proeven. Dat is een heel positief verhaal geworden. Verder merken we dat familie en studenten regelmatig komen eten. Hiermee neemt Zorggroep Groningen ook zijn plaats in in de omliggende wijk. Een ontwikkeling die we zeker toejuichen.’
Loopbaan
Drenth studeerde als registeraccountant af aan Nyenrode en heeft circa vijftien jaar als manager audit bij Menzis gewerkt voordat hij overstapte naar Zorggroep Groningen. De zorggroep sprak hem aan vanwege de bestuurlijke kant. Als plaatsvervangend bestuurder en bedrijfsmanager was hij verantwoordelijk voor alle ondersteunende diensten als facilitaire dienst, P&O, ICT, Marketing & Communicatie, kwaliteit en interne controle en de bedrijfseconomische afdelingen. Sinds 1 mei vormt hij samen met voorzitter Margriet Hommes de tweehoofdige raad van bestuur.