Op het ogenblik kampt ruim een op de drie oudere patiënten (36 procent) na een open hartoperatie met infectie, delier (acute verwardheid), doorliggen of depressie. Dit zorgt voor langere ziekenhuisopnamen, verminderde kwaliteit van leven, moeizaam herstel en in vijf procent van de gevallen blijvende schade. ‘Door betere technieken komen meer ouderen in aanmerking voor een open hartoperatie. Maar tijdens de ziekenhuisopname wordt nog onvoldoende rekening gehouden met hun fysieke en psychosociale kwetsbaarheid,’ zegt Roelof Ettema.
Verplegingswetenschapper Ettema, docent masteropleidingen gezondheidszorg aan de Hogeschool Utrecht en het UMC Utrecht, promoveerde dit voorjaar op een onderzoek naar pre-operatieve screening bij ouderen volgens het programma PREDOCS. Hij testte het programma bij 65-plus hartpatiënten in het St. Antoniusziekenhuis in Nieuwegein, het UMC Utrecht en de Isala Klinieken in Zwolle. Vele patiënten stonden op een wachtlijst. ‘Met de voorspellingsinstrumenten van PREDOCS brengen verpleegkundigen de fysieke en psychosociale situatie van oudere patiënten een maand van tevoren in kaart . Iemand die bloedverdunners gebruikt, loopt bijvoorbeeld een groter risico op doorliggen. Gebruik van benzodiazepinen of een eerder delier vergroot de kans op een – nieuw – delier na een hartoperatie,’ aldus de onderzoeker.
Infecties
De preventieve werking van het programma is groot. Bij een verhoogde kans op een complicatie wordt de patiënt gericht uitgelegd wat hij zelf kan doen om risico’s te verkleinen. Ettema: ‘Wat vaker gaan verliggen, vermindert de kans op doorliggen. Het risico op infecties aan luchtwegen, blaas en wond neemt af wanneer een patiënt diep inademt, regelmatig plast en van de operatiewond afblijft. Ademhalingsoefeningen en een Ipod met leuke muziek kunnen helpen om somberheid te voorkomen. Een delier treedt minder snel op wanneer een patiënt zich direct na de narcose goed kan oriënteren. Verpleegkundigen houden deze patiënten ook gericht in de gaten.’
PREDOCS wordt toegepast voordat de patiënt in het ziekenhuis ligt. Daarom wordt de screening in de bestaande ziekenhuisstructuur niet vergoed. Mogelijk kunnen speciaal getrainde verpleegkundigen uit de thuiszorg of de huisartsenpraktijk de screening uitvoeren. Ettema: ‘Pilots moeten uitwijzen wat het beste werkt: screening vanuit de ziekenhuizen, de thuiszorgorganisatie of de huisartsenpraktijk. Volgend jaar start een grotere trial in de drie ziekenhuizen. Daarbij wordt het effect van PREDOCS gemeten en wordt een economische analyse gemaakt.’ Volgens Ettema is het programma al rendabel wanneer bij zes tot zestien op de duizend patiënten een complicatie wordt voorkomen.