De Orde van Medische Specialisten stelde dat patiënten voortaan mee moeten betalen als ze een second opinion willen. Volgens de Orde kost een nieuw onderzoek veel geld en de uitkomst is zelden anders. De mogelijkheid om een second opinion aan te vragen zit nu in het basispakket. Iedereen kan er dus aanspraak op maken.
Complexe zorg
‘Veel patiënten met kanker komen in aanmerking voor complexe zorg. Juist voor deze patiënten is het belangrijk om de mogelijkheid voor een tweede mening beschikbaar te houden. Het komt in het Antoni van Leeuwenhoek bijvoorbeeld nogal eens voor dat wij vrouwen met borstkanker toch een borstsparende behandeling kunnen aanbieden’, aldus Rene Medema, voorzitter van de raad van bestuur.
Vertrouwensrelatie
Het Antoni van Leeuwenhoek sluit zich verder aan bij de reactie van de Nederlandse Federatie van Kankerpatiënten (NFK) die stelt dat ‘patiënten met kanker niet lichtvaardig vragen om een second opinion bij een andere arts. Ze zijn bang dat dit de vertrouwensrelatie met hun behandelend arts kan schaden.’
NPCF
Ook patiëntenfederatie NPCF zet grote vraagtekens bij het initiatief van de Orde. ‘Er zijn nauwelijks cijfers voorhanden van het aantal mensen dat een second opinion aanvraagt en al helemaal geen cijfers van hoeveel patiënten een andere diagnose krijgen na zo’n second opinion’, aldus NPCF-directeur Wilna Wind. ‘De Orde heeft dus geen enkele onderbouwing voor het voorstel.’ De NPCF zal mensen niet aanmoedigen een second opinion aan te vragen, maar de federatie zegt te vaak te horen dat arts en patiënt niet op één lijn zitten en dat de patiënt niet genoeg wordt betrokken bij de keuze voor een behandeling. Volgens Wind is het belangrijker dat arts en patiënt elkaar begrijpen. ‘Dan is een second opinion minder vaak noodzakelijk.’
Op het moment dat je met -in ons geval- BRCA2 wordt geconfronteerd en je overgaat tot een preventieve ingreep, ben je zeer kwetsbaar. In ons geval werden wij met tientallen lotgenoten op een informatiemiddag lekker gemaakt voor het specialisme van het huis; borstreconstructie met eigen weefsel. Dat leek op dat moment op basis van de presentaties de enige logische keuze voor ons.
Wat echter bleef knagen (ik ben zelf verkoper), was het gevoel dat een verkooppresentatie voor deze complexe, kostbare en risicovolle ingreep niet beter had kunnen worden opgebouwd dan het verhaal van de specialist in kwestie, dr. J. Fabré.
Een second opinion in hetzelfde ziekenhuis gaf een genuanceerder beeld en deed ons kiezen voor een alternatief dat eerder helemaal niet genoemd werd! Wij zijn initieel niet objectief geinformeerd, waar dat wel gesteld werd. Pas bij de second opinion konden wij een goed afgewogen, passende keuze maken voor een minder ingrijpende en bovendien goedkopere oplossing. Belangen en persoonlijke motieven van specialisten maken dat second opinions nodig zijn, niet het onbegrip van of misbruik door patiënten.