De prikkel in het huidige systeem van zorgbekostiging ligt op productie. Dat terwijl aanbieders in de nieuwe ouderenzorg vooral het eigen netwerk van klanten moeten activeren en zo min mogelijk aan ‘uurtje-factuurtje’ moeten doen. Dit brengt zorgorganisaties die volgens de nieuwe filosofie werken in de problemen, aldus Blom. Hij is holding-directeur van de netwerkorganisatie Fundis, waar onder andere de bedrijven Vierstroom en PlusZorg onder vallen. Blom sprak vorige week bij de presentatie van het rapport over de transitie van langdurige zorg van de Raad voor de Volksgezondheid & Zorg (RVZ). De situatie waarin zorgaanbieders momenteel verkeren kan volgens hem niet veel langer duren.
Zorgkantoren
‘We sluiten nu contracten met zorgkantoren die volgend jaar niet meer over zorginkoop gaan. Daarmee kunnen we niet de hoognodige langdurige financiële afspraken maken voor de wijkgerichte zorg. Zorgkantoren weten dat hun rol volgend jaar kan ophouden, waardoor zij geen langdurige verbintenissen meer aangaan. Hoe langer deze tussenperiode duurt, hoe nadeliger dit is voor de langetermijnstrategie van zorgorganisaties.’
Minder productie
Fundis loopt veel inkomsten mis door de huidige onzekerheid. ‘Je kunt als zorgonderneming niet stil blijven zitten. We zijn daarom al intensief begonnen met ‘ontzorgen’. Dat betekent het netwerk van onze klanten activeren en mantelzorg ondersteunen. Met succes, want in het laatste kwartaal hebben we bij de huidige cliënten 9,2 procent minder productie gemaakt. Dit heeft forse financiële gevolgen. Voor het hele concern komt dat neer op 3,7 miljoen euro omzet minder voor een kwartaal. Hoewel het terugbrengen van het aantal zorgminuten per cliënt een van de doelen is van de transitie, is dit binnen de huidige context dus ook zeer risicovol. Zorgorganisaties die hun nek uitsteken zouden hiervoor juist beloond moeten worden.
Decentraliseren
De manier waarop Fundis omgaat met de huidige financiële risico’s, is door haar organisatie te decentraliseren. ‘We zijn druk bezig om al onze bv’s zo zelfstandig mogelijk te laten opereren.’ Dat heeft verschillende voordelen. Ten eerste betekent het dat als bijvoorbeeld de tak voor thuiszorg door wisselend overheidsbeleid in de problemen komt, dit geen nadelig effect heeft op de andere bedrijven binnen het Fundis-netwerk. Ten tweede wil Fundis dat haar bv’s binnen het domein van de Wmo zo veel mogelijk samenwerkingsverbanden aangaan met andere partijen om tot een gezamenlijk aanbod te komen voor gemeenten. ‘Zo kan een gemeente met één enkele afspraak het hele scala aan zorg- en welzijnstaken regelen.’
Concurrentie
Fundis werkt onder andere ook samen met facilitair bedrijf Assist. ‘Het is een duidelijke trend dat facilitaire bedrijven zich in het Wmo-domein begeven. Kijk naar de nieuwe divisie die Facilicom hiervoor heeft opgezet. Om de concurrentie met dit soort partijen te winnen moet je flexibel zijn.’

Transitie langdurige zorg
De AWBZ gaat in delen over naar de Wmo en de Zorgverzekeringswet. Hoe verloopt deze enorme stelselwijziging?
Bekijk het dossier