Volgens de raad geldt het verschoningsrecht van een arts niet onder alle omstandigheden. Als een dokter bijvoorbeeld zelf wordt verdacht van strafbare feiten, mag hij of zij zich niet verschuilen achter zijn zwijgplicht. Maar verder is het volgens de Hoge Raad van het grootste belang dat een burger zich vrij en zonder angst voor openbaarmaking bij een dokter kan melden. De burger moet erop kunnen vertrouwen dat de arts de informatie over de patiënt niet doorgeeft aan een ander.
Verdacht
De baby, tien maanden oud, overleed in maart 2007 onder verdachte omstandigheden. Bij het kind deden zich diverse keren levensbedreigende incidenten voor, zonder dat daarvoor medische redenen waren. Deze incidenten deden zich bijna altijd voor als de moeder alleen met het kind was. Toen de baby in het LUMC terechtkwam, hebben artsen de zaak gemeld bij het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling. Twaalf dagen na zijn ontslag uit het ziekenhuis is het kind overleden, na een voorval waarbij opnieuw alleen de moeder aanwezig was.
Het Openbaar Ministerie merkte de moeder als verdachte aan en stelde een onderzoek in. Daarbij eiste het OM de medische gegevens van de baby op bij het ziekenhuis. Het LUMC beriep zich op het verschoningsrecht en de geheimhoudingsplicht van artsen en weigerde. De zaak kwam uiteindelijk voor de Hoge Raad die dinsdag de uitspraak bekendmaakte.
Geheim houden
In het geval van de baby hadden de ouders van het kind het OM toestemming gegeven het medische dossier van het kind in te zien. De Hoge Raad vindt dat het LUMC dan nog het recht heeft om zelf te beslissen de informatie geheim te houden.
De Hoge Raad voert verder aan dat de artsen en het LUMC in eerste instantie wel bereid waren de informatie aan de patholoog-anatoom te geven voor het onderzoek naar de doodsoorzaak. Maar het OM heeft dat aanbod afgeslagen en eiste de gegevens indertijd meteen op. (anp)
Lees ook:
Politie in het ziekenhuis
Kindermishandeling: de vrijblijvendheid voorbij
Spreken ondanks zwijgplicht